HA - week 6 - Lezen afronden + werkwoordelijk gezegde

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl


1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 13 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl


Slide 1 - Slide

- Welkom!
- Stillezen
- Lezen H4 afronden
- Start grammatica - werkwoordelijk gezegde

Doel:
- Je noemt welk verband er kan zijn tussen twee zinnen.
- Je herkent de signaalwoorden en kunt ze op een goede plek in zinnen toepassen.
- Je benoemt de actie in een zin.


Wat gaan we doen vandaag:

Slide 2 - Slide

Stillezen
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Wat is het verband?

Slide 4 - Slide

Toeren voor beginners

[1] Wielrennen is niet langer alleen een sport voor jongens van het platteland. Ga maar eens in het weekeind in bossen en duinen kijken en zie hoeveel meisjes op de racefiets voorbij komen. Ook in de steden is de racefiets steeds vaker te zien; veel jongeren zien de racefiets als een gadget. Exacte cijfers heeft brancheorganisatie BOVAG niet, maar volgens woordvoerder Wouter Sinke groeit het aantal verkochte racefietsen ieder jaar spectaculair.
 
[2] ‘De vrijheid die je op de fiets hebt, spreekt steeds meer mensen aan’, zegt Aart Vierhouten. Als iemand de groeiende populariteit van het fietsen op alle niveaus kan doorgronden, is hij het wel. Hij begon ooit als jochie bij de Veluwse Wielervereniging en klom vervolgens op tot gewaardeerd prof bij ploegen als Rabobank, Lotto en Vacansoleil. Inmiddels is hij bondscoach van de grootste Nederlandse talenten. We vroegen aan hem en aan Adrie van Diemen, oud-trainer van de Rabobankploeg, wat een beginnende wielrenner allemaal moet weten.


Oefenen
Vraag 1
Aan welk signaalwoord herken je de opsomming in alinea 1?
Vraag 2
Welke reden wordt gegeven voor de groeiende populariteit van fietsen/wielrennen? (al. 2)
Vraag 3
Welk tekstverband herken je in alinea 2? Licht je antwoord toe.

Slide 5 - Slide

Na deze paragraaf kun je:

- signaalwoorden herkennen in een tekst;
- benoemen welk tekstverband er in een alinea zit. 
Wat kun je nu:

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Als achter vliegen vliegen vliegen, vliegen vliegen 

vliegen achterna.
Grammatica zinsdelen 

Slide 8 - Slide

Alle werkwoorden in de zin noem je het 
werkwoordelijk gezegde (wg)

Het WG laat altijd zien wat er in een zin gebeurt. 
Grammatica zinsdelen 

Slide 9 - Slide

Vorige week raasde Corrie als een bezetene door het land


1. Zoek de pv (zet er een streep onder)
2. Zet zinsdeelstrepen 
3. zoek het onderwerp (o boven het onderwerp)
4. zoek het werkwoordelijk gezegde (alle ww in de zin)
Grammatica zinsdelen 
Onderwerp
O

Slide 10 - Slide

Hierdoor zijn er overal bomen omgevallen.


1. Zoek de pv (zet er een streep onder)
2. Zet zinsdeelstrepen 
3. zoek het onderwerp (o boven het onderwerp)
4. zoek het werkwoordelijk gezegde (alle ww in de zin)
Grammatica zinsdelen 
Onderwerp

Slide 11 - Slide

Door de storm werd mijn volleybalwedstrijd afgeblazen. 


1. Zoek de pv (zet er een streep onder)
2. Zet zinsdeelstrepen 
3. zoek het onderwerp (o boven het onderwerp)
4. zoek het werkwoordelijk gezegde (alle ww in de zin)
Grammatica zinsdelen 
Onderwerp

Slide 12 - Slide

Wat ga je doen:  
Eigen leerlijn grammatica H3: werkwoordelijk gezegde

Wanneer: Deze week af 
Hoe: werk netjes. 

Hulp:
- zoek eerst de persoonsvorm (tijd veranderen/ van enkelvoud mv maken en andersom)
- Onderwerp: wie of wat + pv
- werkwoordelijk gezegde:  alle werkwoorden in de zin (wat doet het ow)

Aan de slag

Slide 13 - Slide