verwarmingstechniek themales 1 - bladzijde 1 t/m 16

Verwarmingstechniek
Lesboek verwarmingstechniek C18- bladzijde 1 t/m 16
Learnbeat opdracht 2.1A t/m 2.2H
1 / 18
next
Slide 1: Slide
InstallatietechniekMBOStudiejaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

Verwarmingstechniek
Lesboek verwarmingstechniek C18- bladzijde 1 t/m 16
Learnbeat opdracht 2.1A t/m 2.2H

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
aan het eind van de les:
- heb je kennis gemaakt met de historie van verwarming. 
- kan je uitleggen wat BENG is.
- kan je uitleggen wat lokale- en centrale verwarming is
- heb je kennis gemaakt met de de achterliggende theorie hoe een verwarmings systeem "berekend" wordt.

bonus: je kan de formule P = qv x ρ x c x ΔT toepassen

Slide 2 - Slide

doel van verwarmen
De bedoeling van een “verwarming” is om met behulp van een verwarmingsinstallatie het binnenklimaat van een woning of ander gebouw behaaglijk te houden.

maar wat is nu eigenlijk Behaaglijk?

Slide 3 - Slide

Historie
- Hout(kachel)
- Kolen
- Olie
- (aard) Gas
- Warmtepomp

Slide 4 - Slide

Energiezuinig

Slide 5 - Slide

BENG
Bijna Energie Neutrale Gebouwen

Het Bouwbesluit eist energiezuinigheid van nieuwe gebouwen,

Sinds 1 januari 2021 gelden er nieuwe energieprestatie-eisen voor nieuwbouw, 

doel: terugdringen de CO2-uitstoot van nieuwe gebouwen

Slide 6 - Slide

BENG vs warmteverliesberekening
BENG geeft het energieverbruik van een woning aan in een Prestatie coëfficiënt.


Warmteverliesberekening geeft aan hoeveel het te installeren vermogen per vertrek en het totale gebouw moet zijn.

Slide 7 - Slide

Hoe gaan we verwarmen?
Belangrijkste bron voor opwekking van warmte is in Nederland nog steeds aardgas.

Het verbrande aardgas geeft zijn warmte af via 
lokale of centrale verwarming




Slide 8 - Slide

Hoe gaan we verwarmen
Lokale verwarming:
Gashaard, gevelkachel, luchtverwarmer (heater)
(Warmte transport via convectie en straling)

Centrale verwarming:
CV ketel, warmtepomp, luchtverwarming
(Warmte transport via water of lucht naar ruimtes)



Slide 9 - Slide

warmte transport via water / lucht?
De hoeveelheid energie die water of lucht kan transporteren wordt bepaald door de soortelijke warmte (c)

Cwater = 4,2 KJ/(Kg.K)

Clucht = 1 KJ/(Kg.K)

Conclusie?



Slide 10 - Slide

warmte transport via water / lucht?
De hoeveelheid energie die water of lucht kan transporteren wordt bepaald door de soortelijke warmte (c)

Cwater = 4,2 KJ/(Kg.K)

Clucht = 1 KJ/(Kg.K)

Conclusie: Water kan ruim 4x zo veel warmte transporteren per kg



Slide 11 - Slide

formule voor vermogen (Power)
P = qv x ρ x c x ΔT 

P = vermogen - Kw of Kj/s
qv = volumestroom - dm3/sec
ρ = soortelijke massa - kg / dm3
c = soortelijke warmte - kj / kg*k
   ΔT = temperatuur verschil - K 

Slide 12 - Slide

P = qv x ρ x c x ΔT
Voorbeeld: Voor het verwarmen van een ruimte is 2000 watt nodig, de CV ketel heeft een aanvoer temperatuur van 90 en een retour temperatuur van 70, hoeveel “water” is hiervoor nodig ?







Cwater = 4,2 KJ/(Kg.K)                        ρ water = 1 kg/dm³
P = 2000 watt = 2 Kw = 2 KJ/s          ΔT = 90 – 70 = 20 K
qv = ?

Slide 13 - Slide

P = qv x ρ x c x ΔT

     Cwater = 4,2 KJ/(Kg.K)                                     ρ water = 1 kg/dm³ 
    P = 2000 watt = 2 Kw = 2 KJ/s                        ΔT = 90 – 70 = 20K 

2 KJ/s = qv x 1 kg/dm³ x 4,2 KJ/(Kg.K) x 20 K
qv = 2 KJ/s : 1 kg/dm³ x 4,2 KJ/(Kg.K) x 20 K
qv = 2 : 84 = 0,0238 dm³/s


Slide 14 - Slide

Welke diameter buis?
Als de juiste hoeveelheid water bekend is, kan aan de hand hiervan de juiste leidingdiameter bepaald worden, rekening houdend met drukverlies en stroomsnelheid.



Wij hadden berekend 0,0238 dm³/s

Slide 15 - Slide

welke diameter buis?
Hoe kleiner de diameter:
• hoe hoger de stroomsnelheid;
• hoe hoger de weerstand en
• hoe meer geluid.


Daar tegenover staat: hoe groter de diameter hoe duurder de buis.


De maximale snelheid van cv-water door buizen is 0,5 m/s om geluidsoverlast te voorkomen.

Slide 16 - Slide

conclusie

stap 1: hoeveel warmte is er nodig? (warmteverliesberekening)

stap 2: hoe gaan we verwarmen? (lokaal, centraal, water, lucht)

stap 3: wat voor verwarmingslichamen? (radiatoren, convectoren, vloerverw.)

stap 4: welke leidingdiameter hoort hierbij?

Slide 17 - Slide

Deze week lezen en maken:
Lesboek verwarmingstechniek C18- bladzijde 1 t/m 16
Learnbeat opdracht 2.1A t/m 2.2H

de lesstof op bladzijde 11 t/m 16 is erg pittig!
deze is ter info, niet om uit je hoofd te leren

Slide 18 - Slide