What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhaling Ecologie
Ecologie
1 / 35
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
This lesson contains
35 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Ecologie
Slide 1 - Slide
fotosynthese
water
koolstofdioxide
+
+
zuurstof
GLUCOSE
+
Slide 2 - Slide
Verbranding
water
koolstofdioxide
+
+
zuurstof
GLUCOSE
+
In elke cel van elk levend wezen!!!!
+
Slide 3 - Slide
Ik kan beschrijven dat bij fotosynthese energierijke stoffen worden gevormd uit energiearme stoffen
Energierijke stoffen
= stoffen afkomstig van organismen. (levend/ dood) Hierin zit energie.
Bijvoorbeeld glucose, koolhydraten, vetten, eiwitten.
Energiearme stoffen
= stoffen uit de levenloze natuur. Hierin zit geen energie.
Bijvoorbeeld water, zuurstof, koolstofdioxide, mineralen.
Slide 4 - Slide
+
+
+
Fotosynthese
Koolstofdioxide
Glucose
Water
Zuurstof
Licht
Slide 5 - Drag question
Nodig voor verbranding
Ontstaat bij verbranding
Zuurstof
Koolstofdioxide
Water
(Energie)
Glucose
Slide 6 - Drag question
Energierijke stoffen zijn afkomstig van
A
Levende of dode (hebben geleefd) organismen
B
Levenloze (nooitgeleefde) organismen
Slide 7 - Quiz
In een wortel kan fotosynthese plaatsvinden
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
Voedselketen
= reeks van soorten waarbij elke soort het voedsel is voor de volgende soort.
Altijd een plant
in het begin!!
= producent
Slide 9 - Slide
Dieren worden consumenten genoemd
(ze eten/ consumeren planten/ andere dieren)
Slide 10 - Slide
Resten van planten en dode dieren worden opgegeten door
afvaleters
Reducenten
(bacteriën en schimmels) breken al het afval van organismen af (de overblijfselen van de afvaleters)
--> voedingsstoffen voor planten komen vrij
Slide 11 - Slide
Maak de voedselketen!
Tip: begin altijd met een producent
Kikker
Vlinder
Vlierbes
Slide 12 - Drag question
Welk organisme in de afbeelding is producent?
A
Buizerd
B
Rups
C
Lijster
D
Hazelaar
Slide 13 - Quiz
Producenten
Voedselketen
Reducenten
Voedselweb
Consumenten
Slide 14 - Drag question
Alleseters zijn...
A
Een organisme dat alles eet uit het gebied waarin ze wonen
B
Een organisme dat zowel planten als dieren eet
C
Een organisme dat dode planten of dieren eet
Slide 15 - Quiz
Niveaus van ecologie
--> 1 enkel organisme
--> een groep individuen van dezelfde
soort die zich onderling kunnen voort-
planten en die leven in hetzelfde gebied
--> alle populaties in een gebied
--> een gebied met bepaalde levende en
niet-levende factoren
Slide 16 - Slide
biotische factoren
A-biotische factoren
Sleep de woorden naar de juiste plek
licht
gras
soortgenoten
regen
konijnen
schimmels
Temperatuur
wind
Slide 17 - Drag question
De iep is een boom die goed tegen zoute zeewind kan, is zeewind een abiotische of een biotische factor?
A
Biotisch
B
Abiotisch
Slide 18 - Quiz
Drijvende vis
A
biotisch
B
a-biotisch
Slide 19 - Quiz
Zet de niveaus van ecologie van klein naar groot. (1 = de kleinste, 4 = de grootste)
Niveau 1
Niveau 2
Niveau 3
Niveau 4
Levensgemeenschap
Populatie
ecosysteem
individu
Slide 20 - Drag question
ademen
door longen
ademen door kieuwen
Slide 21 - Slide
Vinnen om rechtop te blijven
Staartvin om vooruit te komen
Slide 22 - Slide
Huid met haartjes
huid met schubben en slijm
Slide 23 - Slide
stevige poten
zwaar skelet en stevige poten
Slide 24 - Slide
haaksnavel
zeefsnavel
pincetsnavel
kegelsnavel
Sleep de afbeelding van de soort snavel en het soort voedsel naar het juiste hokje.
Slide 25 - Drag question
zoolganger
teenganger
topganger
zoolganger
Slide 26 - Drag question
Dit is de poot van een
A
Roofvogel
B
Steltloper
C
Watervogel
D
Loopvogel
Slide 27 - Quiz
deze poten zijn van een?
A
steltloper
B
loopvogel
C
roofvogel
D
watervogel
Slide 28 - Quiz
Welke dieren zijn gestroomlijnder?
A
landdieren
B
waterdieren
Slide 29 - Quiz
Deze dieren hebben een zwaar skelet om hun lichaamsgewicht te kunnen dragen
A
Landdieren
B
Waterdieren
Slide 30 - Quiz
Landplant in vochtig of droog milieu
Slide 31 - Slide
Cactus
Dikke stengel (wateropslag)
Harde stekels
-stekels zorgen voor schaduw
-houden laagje lucht vast
--> weinig water kan verdampen
Groot (breed of diep) wortelstelsel (snel veel water opnemen)
Slide 32 - Slide
Zonplanten
-Groeien het beste bij veel licht
-Staan op plekken waar weinig schaduw is. (Open veld/ woenstijn)
Schaduwplanten
-Groeien het beste bij weinig licht
-Staan op schaduwrijke plaatsen (bos)
-Grote, donkergroene bladeren (meer bladgroenkorrels)
Slide 33 - Slide
waar leeft deze plant?
A
In een droge omgeving
B
In een natte omgeving
Slide 34 - Quiz
Een gatenplant heeft grote, donkergroene bladeren. Wat voor een plant is dit?
A
een zonplant
B
een schaduwplant
Slide 35 - Quiz
More lessons like this
5.3 Planten voeden zich
May 2023
- Lesson with
18 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Herhaling Ecologie
May 2024
- Lesson with
44 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
15.1 Energiestromen 5V
June 2022
- Lesson with
42 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
5.2 + 5.3 Planten voeden zich
May 2023
- Lesson with
51 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Thema 6 Ecologie bs 1 kader, Thema 5 ecologie bs1+2 basis
February 2023
- Lesson with
43 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Ecologie - BS1
May 2023
- Lesson with
11 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Basisstof 5.1: fotosynthese en verbranding
March 2024
- Lesson with
23 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Th 6 Ecologie
April 2024
- Lesson with
31 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo
Leerjaar 3