Voorbereiding mondeling literatuur 5-havo

mondeling Literatuur 
25-31 maart 2021
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 22 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

mondeling Literatuur 
25-31 maart 2021

Slide 1 - Slide

Eisen literatuurlijst
minimaal acht boeken
oorspronkelijk Nederlandstalige fictie
twintig punten 
(dyslexie: zestien punten)
minimaal twee thema's
minimaal twee boeken per thema

Slide 2 - Slide

Het SE Literatuur (35%)
Het schoolexamen literatuur start 
met een individuele voorbereiding van 20 minuten 
van vier à vijf boeken die je docent van jouw leeslijst heeft geselecteerd. 
Let op: je voorbereidingstijd staat niet in je rooster vermeld. 
Zet dus in je agenda dat je eerder in de buurt van het lokaal bent.

Slide 3 - Slide

Referaat
Je start met de zelfstandige bespreking van de geselecteerde boeken gedurende 10 minuten van het mondeling. 
Er wordt dan gelet op diepgang/niveau/verbanden/ persoonlijk inzicht/literaire kennis. 

Het kan voorkomen dat je docent je referaat onderbreekt 
om tijd en/of niveau te bewaken.   

Slide 4 - Slide

Referaat
Natuurlijk betrek je bij de bespreking de items die je in je leesverslag hebt opgenomen (bijvoorbeeld thema, motieven, tijd, ruimte, vertelperspectief, personages, eigen oordeel over het boek, auteursinformatie). Het is niet de bedoeling dat je een samenvatting gaat geven van het boek; bespreek alleen de verhaalkenmerken die relevant zijn. 

Slide 5 - Slide

Vragen
De laatste 10 minuten van het mondeling stelt je docent vragen over de andere boeken van je leeslijst. Op het mondeling mag je geen gebruik maken van aantekeningen. 
Wel ligt je literatuurlijst voor je op tafel.
Het mondeling wordt afgenomen door je docent Nederlands. Het cijfer wordt aan het eind van de dag op Magister gezet.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Literatuurlijst
In de eerste week van maart lever je in een hoesje je literatuurlijst in tweevoud in. 
Op je lijst staan je naam, je examennummer, titels, auteurs, jaar van uitgave en aantal punten. 
Je stelt je leeslijst zoveel mogelijk in thematische volgorde op. 

Slide 8 - Slide

Eerste week van maart inleveren
in tweevoud
in hoesje.

Noteer de deadline van je docent 
in je agenda.

Te laat inleveren
heeft invloed 
op je cijfer!

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Link

Lees elke dag 
voor je literatuurlijst.
Stop je leesboek 
standaard in je schooltas.
Kijk in Google Classroom voor de leeslijst.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

timer
10:00

Slide 14 - Slide

Referaat
Je start met de zelfstandige bespreking van de geselecteerde boeken gedurende 10 minuten van het mondeling. 
Er wordt dan gelet op diepgang/niveau/verbanden/ persoonlijk inzicht/literaire kennis. 

Het kan voorkomen dat je docent je referaat onderbreekt 
om tijd en/of niveau te bewaken.   

Slide 15 - Slide

Referaat
Natuurlijk betrek je bij de bespreking de items die je in je leesverslag hebt opgenomen (bijvoorbeeld thema, motieven, tijd, ruimte, vertelperspectief, personages, eigen oordeel over het boek, auteursinformatie). Het is niet de bedoeling dat je een samenvatting gaat geven van het boek; bespreek alleen de verhaalkenmerken die relevant zijn. 

Slide 16 - Slide

Vragen
De laatste 10 minuten van het mondeling stelt je docent vragen over de andere boeken van je leeslijst. Op het mondeling mag je geen gebruik maken van aantekeningen. 
Wel ligt je literatuurlijst voor je op tafel.
Het mondeling wordt afgenomen door je docent Nederlands. Het cijfer wordt aan het eind van de dag op Magister gezet.

Slide 17 - Slide

UITTREKSELS
Ga op zoek naar goede uittreksels
Voeg je eigen mening toe.

Slide 18 - Slide

Literatuurposter
maken
Benodigdheden:
- leesdossier met je uittreksels
- liniaal
- pen/stiften
- twee keer A3-vel 
aan elkaar geplakt/poster

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Maak per boek een kolom 
Maak dan rijen met de volgende begrippen:
Titel  en auteur                        thema                              Vul daarna
genre                                           motieven                        per boek 
personages (groter vak)     plaats                               de vakjes in.
inhoud  (groter vak)              tijd
opbouw                                      stijl
perspectief                               eigen mening
                        




Slide 21 - Slide

Oefenen voor je mondeling
Je krijgt van je docent 
een blad met vijftig 
voorbeeldvragen 
voor het mondeling.                                                            Maak een twee-
                                                                                                                    of drietal 
                                                                                                 en bevraag elkaar. Vraag om toelichting bij het gegeven antwoord. Geef elkaar tips!

Slide 22 - Slide