Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1
This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Welkom
Mens en Maatschappij
Slide 1 - Slide
Hoofdstuk 3 Samen leven
Start
Lesdoel
Je weet hoe we omgaan met verschillen in de multiculturele samenleving.
Je weet wat waarden en normen zijn.
We herhalen de stof van 3.3.
Slide 2 - Slide
Hoofdstuk 3 Samen leven
3.4 Omgaan met verschillen
Leerdoel
Je weet wat waarden en normen zijn.
Uitleg
Waarde = iets wat je belangrijk (waardevol) vindt.
Norm = een afspraak of regel waar iedereen zich aan moet houden (wat normaal is).
Waarden gaan dus over meningen.
Normen gaan over gedrag.
Respect = de waarden van anderen accepteren en je aan de normen houden.
Slide 3 - Slide
Hoofdstuk 3 Samen leven
3.4 Omgaan met verschillen
Leerdoel
Je weet wat waarden en normen zijn.
Uitleg
Vallen onderstaande uitspraken onder waarden of normen?
Mijn vader en moeder zijn belangrijk voor mij.
Ik help thuis mee in het huishouden.
De politie kan ik vertrouwen.
Ik geloof in Jezus.
Mijn oma spreek ik aan met 'u'.
Slide 4 - Slide
Hoofdstuk 3 Samen leven
3.4 Omgaan met verschillen
Leerdoel
Je weet wat waarden en normen zijn.
Uitleg
Het gesprek over waarden en normen kunnen voeren door je mening of standpunt te geven en hiervoor argumenten te gebruiken
Mijn vader en moeder zijn belangrijk voor mij (= mening), want zij zorgen voor mij (= argument 1) en leren mij belangrijke lessen (= argument 2).
Mening = wat jij vindt.
Argument = waarom jij dat vindt.
Slide 5 - Slide
Hoofdstuk 3 Samen leven
3.4 Omgaan met verschillen
Leerdoel
Je weet hoe culturen overeenkomen en verschillen.
Uitleg
Waarden zijn in veel culturen gelijk. Normen kunnen verschillen.
Gemeenschappelijke waarde: Zwakkeren moeten goed verzorgd worden.
Norm in westerse cultuur: Ouderen worden verzorgd in een bejaardentehuis.
Norm in niet-westerse cultuur: Ouderen worden verzorgd door familie.
In een multiculturele samenleving hebben mensen toch veel overeenkomsten: dezelfde taal, dezelfde scholen, dezelfde activiteiten (leren zwemmen), dezelfde feesten (koningsdag).
Slide 6 - Slide
Hoofdstuk 3 Samen leven
3.4 Omgaan met verschillen
Leerdoel
Je kent de verschillen in een multiculturele samenleving.
Je weet hoe wij hiermee kunnen omgaan.
Opdracht
Start de online omgeving van Plein M.
Ga naar cursus 3.4.
Ga naar het eerste onderdeel: 3.4 Leerstof + opdrachten.
Lees en maak opdracht 9-18.
Slide 7 - Slide
Hoofdstuk 3 Samen leven
Herhaling 3.3 Hoe werd het christendom belangrijk?
Leerdoel
Je weet wat het jodendom en het christendom met elkaar te maken hebben.
Je kent de belangrijkste inhoud van het christendom.
Je weet hoe het christendom zich ontwikkelde tot grote godsdienst.
Tijd van Grieken en Romeinen
3000 vC - 500 nC
Slide 8 - Slide
Uit welke twee delen bestaat de Bijbel?
Slide 9 - Open question
Wat is waar?
A
Het christendom kwam voort uit het jodendom.
B
Het jodendom kwam voort uit het christendom.
C
Het christendom en het jodendom hebben niets met elkaar te maken.
Slide 10 - Quiz
Waar denken we wanneer aan?
Jezus staat op uit de dood.
Jezus sterft aan het kruis.
Jezus gaat naar de hemel.
Jezus wordt geboren.
Pasen
Kerst
Goede Vrijdag
Hemelvaart
Slide 11 - Drag question
Waarom wordt Jezus ook wel Christus genoemd?
A
Omdat zijn familie heette.
B
Omdat de Romeinen zijn naam zo uitspraken.
C
Omdat hij de beloofde Messias of koning is.
Slide 12 - Quiz
Waarom werd het christelijk geloof zo populair?
Slide 13 - Open question
Wie was de eerste Romeinse keizer die zich bekeerde tot het christendom?
A
Augustus
B
Nero
C
Claudius
D
Constantijn
Slide 14 - Quiz
Wat is waar?
A
Het christendom was eerst verboden en daarna de enige toegestane godsdienst.
B
Het christendom was eerst toegestaan en daarna de enige verboden godsdienst.
C
Het christendom is in het Romeinse rijk altijd verboden geweest.
D
Het christendom is in het Romeinse rijk altijd toegestaan geweest.
Slide 15 - Quiz
Hoofdstuk 3 Samen leven
Afsluiting
Lesdoel
Je weet hoe we omgaan met verschillen in de multiculturele samenleving.