Thema 4 Ordening BS 2 Bacteriën BK

Ordening
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Ordening

Slide 1 - Slide

Leerdoelen BS 2 Bacteriën
Je kunt kenmerken noemen van bacteriën.
Je kunt vertellen over nuttige en gevaarlijke bacteriën.

Slide 2 - Slide

4 rijken
Biologen ordenen alle organismen in 4 groepen. Zo'n groep noem je een rijk. Hiernaast zie je de 4 rijken.

Bij het indelen heeft men gekeken naar de celkenmerken: celkern, celwand en bladgroenkorrels.
celkenmerken - planten
Een plantencel heeft alle kenmerken!
celkenmerken - bacteriën
Een bacterie heeft maar 1 kenmerk!

Slide 3 - Slide

rijk en celkenmerken
Plantenrijk
Celkern Celwand Bladgroenkorrels
4
rijk en celkenmerken
Rijk van de schimmels
Celkern  - Celwand
2
rijk en celkenmerken
Rijk van de dieren
Celkern
3
rijk en celkenmerken
Rijk van de bacteriën
celwand
1

Slide 4 - Slide

Wat weet jij al
over bacteriën?

Slide 5 - Mind map

Bacteriën

Slide 6 - Slide

Kenmerken van bacteriën
Bacteriën hebben geen celkern
Bacteriën zijn eencellig: ze bestaan uit één cel
Bacteriën kun je alleen onder een speciale lichtmicroscoop bekijken, zo klein zijn ze. 

Slide 7 - Slide

Bacteriecel
Celwand:
Stevige laag om de cel heen ter bescherming.
Cytoplasma/celplasma
Het cytoplasma bestaat uit een stroperige vloeistof waarin celorganellen drijven. 
Celmembraan:
De buitenste laag van cytoplasma is een dun vlies: het celmembraan.
Chromosomen:
Erfelijke informatie over de cel opgeslagen in DNA


Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Voortplanting bacteriën 
Een bacterie deelt zich in tweeën door celdeling
Elk nieuw deel groeit uit tot een nieuwe bacterie.
Dit heet ongeslachtelijke voortplanting.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Nuttige bacteriën
Je darmen zitten vol met nuttige bacteriën die helpen je voedsel te verteren!
In de natuur zijn bacteriën belangrijke opruimers. Ze ruimen dode resten op in de natuur. 
Mensen gebruiken bacteriën om voedsel mee te maken. 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Oefenopdrachten
Doe mee met de oefenopdrachten in deze les.
De vragen gaan over de uitleg van bacteriën.

Slide 14 - Slide

Een bacterie heeft geen celwand
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Een bacterie heeft geen dna
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

Bacteriën planten zich voort door geslachtelijke voortplanting
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Zuurkool wordt gemaakt met behulp van bacteriën
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Kees zegt: bacteriën en schimmels hebben een celkern.
Leco zegt: bacteriën hebben geen celkern.
Wie heeft er gelijk?
A
Kees
B
Leco
C
Kees en Leco
D
Geen van beide

Slide 19 - Quiz

Huiswerk
Lerenin je boek thema 4 BS2: bacteriën
Maken opdrachten

Slide 20 - Slide

Lesafsluiting
Heb je de leerdoelen behaald?

Slide 21 - Slide

9 Je kunt kenmerken noemen van bacteriën.

Ja
Nee

Slide 22 - Poll

10 Je kunt voorbeelden noemen van gevaren en toepassingen van bacteriën.
Ja
Nee

Slide 23 - Poll

Ziekteverwekkers

virus
bacterie
schimmel

Slide 24 - Slide

Wat zijn virussen?
- Zijn niet-levende wezens. Ze kunnen niet- zelfstandig 
   voortplanten. 

- Een actueel voorbeeld van een virus is het corona virus. 

Slide 25 - Slide

hoe krijg je een virus?
het virus komt je lichaam binnen
het virus gaat een cel binnen
de cel gaat meer virus aanmaken
het virus gaat naar andere cellen

hierdoor word je enorm ziek!

Slide 26 - Slide

Levenscyclus virus
Hoe 'leeft' een virus

Slide 27 - Slide

Waar hebben we mee te maken?

Het Coronavirus is een virus.
Een virus is geen organisme, omdat ze andere organismen gebruiken om zich te verspreiden.
Een virus bestaat uit DNA of RNA, verpakt in een laagje eiwit.

Slide 28 - Slide

medicijnen om te genezen
  • tegen een virus is geen medicijn ( virusremmers)
  • tegen bacterien hebben we antibiotica ( nu wel resistentie)

Slide 29 - Slide