Les 22: Actieve en passieve zinnen bewust gebruiken

22 Actief en passieve zinnen bewust gebruiken

S. Boulanger

S. Boulanger
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

22 Actief en passieve zinnen bewust gebruiken

S. Boulanger

S. Boulanger

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

"De verpleegster verzorgt mij."
Vul aan: Ik word ....

Slide 7 - Open question

Het verschil tussen een actieve en een passieve zin.

Slide 8 - Slide

Actieve zin: "De verpleegster verzorgt mij." --> Welke stelling klopt?
A
Het onderwerp voert de handeling uit.
B
Het onderwerp ondergaat de handeling.

Slide 9 - Quiz

Passieve zin: "Ik word verzorgd door de verpleegster verzorgt mij." --> Welke stelling klopt?
A
Het onderwerp voert de handeling uit.
B
Het onderwerp ondergaat de handeling.

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Het handelend voorwerp

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Som twee kenmerken
op van een actieve zin.

Slide 15 - Mind map

Som twee kenmerken
op van een passieve zin.

Slide 16 - Mind map

Vul de zin passend aan. Je krijgt al twee kernwoorden.

Slide 17 - Open question

Vul de zin passend aan. Je krijgt al twee kernwoorden.

Slide 18 - Open question

Vond je dit een moeilijke oefening?
Ja
Nee

Slide 19 - Poll

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

a De auto werd gerepareerd.

Slide 27 - Open question

b Op onze schoolmuren is graffiti aangebracht.

Slide 28 - Open question

c Voor het goede doel worden vier cakes gebakken.

Slide 29 - Open question

Vond je dit een moeilijke oefening?
Ja
Nee

Slide 30 - Poll

Slide 31 - Slide

Hoe vind ik het LV in een zin ook weer?
A
Wie/wat + O + PV + GEZ
B
Aan wie + PV + O + GEZ
C
Wie/wat + PV + O + GEZ
D
Voor wie + PV + O + GEZ

Slide 32 - Quiz

a Na het feestje brengt een taxi Jordy naar huis.

Slide 33 - Open question

b Mijn pluspapa leest mijn huiswerk na.

Slide 34 - Open question

Vond je dit een moeilijke oefening?
Ja
Nee

Slide 35 - Poll