Perifere infusie en centrale infusie

Perifeer infuus
1 / 34
next
Slide 1: Slide
Verpleegtechnische vaardighedenMBOStudiejaar 3,4

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Perifeer infuus

Slide 1 - Slide

Wat is een perifeer infuus?

Slide 2 - Open question

Een perifeer infuus is...
 ...een naald waarmee je een korte canule in een perifere ader inbrengt. 

Geeft toegang tot het veneuze vaatstelsel van de zorgvrager
Op de perifere canule kun je een infuussysteem aansluiten om vloeistoffen toe te dienen of rechtstreeks een bolus toedienen. 

Slide 3 - Slide

Indicaties om een perifeer infuus
in te brengen

Slide 4 - Mind map

Indicaties
  • Aanvullen vocht
  • Toedienen medicatie
  • Toedienen van bloed
  • Herstellen van de zuur- baseverhoudingen
  • Euthanasie

Slide 5 - Slide

Noem complicaties
van een perifeer infuus

Slide 6 - Mind map

Complicaties
  • Subcutaan inlopen infuusvloeistof
  • Flebitis & tromboflebitis
  • Infectie rondom insteekopening
  • Sepsis
  • Luchtembolie
  • Allergische reactie
  • Overvulling van het vaatstelsel
  • Bloeding

Slide 7 - Slide

Flebitis
Necrose door 
extravasatie
Tromboflebitis

Slide 8 - Drag question

Slide 9 - Video

Verzorgen perifere canule

waaknaald flushen volgens protocol
insteekopening verzorgen volgens protocol
zorg voor goede fixatie om sneuvelen tegen te gaan

Slide 10 - Slide

Centrale infusen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Het verzorgen en verwijderen van een PICC is een voorbehouden handeling
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 13 - Quiz

Indicaties voor een PICC

Slide 14 - Mind map

Indicaties PICC
  •  Langdurige toediening van medicatie (zoals antibiotica) of TPV
  • Toediening van medicatie die te schadelijk zou zijn bij toediening via een perifeer infuus
  •  Irriterende chemotherapie
  •  Gelijktijdige toediening van onverenigbare medicatie (via een dubbellumen-PICC)
  • Slechte perifere vaten, waardoor perifeer infuus niet mogelijk is

Slide 15 - Slide

Er zijn veel voordelen van een PICC t.o.v. een centraal veneuze katheter (CVK), welke hoort er NIET bij?
A
Een PICC kan langer blijven zitten. ( 6-12 maanden)
B
Een PICC geeft minder risico op complicaties.
C
Een PICC kan wel ingebracht worden na een okselkliertoilet.
D
Een PICC is minder belastend dan een CVK voor de cliënt.

Slide 16 - Quiz

PICC
Port a cath
subclavia
infuus

Slide 17 - Drag question

Wanneer je bij het verzorgen van een PICC niet aseptisch werkt kan dit leiden tot een lijnsepsis
A
NIET WAAR
B
WAAR

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Slide

Wat zijn de symptomen van een sepsis?

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

Mogelijke complicatie bij een PICC is trombose.
Welke symptomen kun je observeren?
A
Client heeft nek en schouderklachten
B
Client heeft roodheid en zwelling in de bovenarm, hals en schouder
C
Alle genoemde symptomen zijn juist
D
Client heeft gestuwde vaten in de bovenarm en hals

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Video

Wanneer en waarom flushen?

Slide 24 - Open question

Flushen
vóór en na toediening medicatie (bolustoediening)
vóór en na aanhangen infuustherapie
om PICC open te houden 
om doorgankelijkheid te testen

Minimaal met 10 ml NaCl pulserend flushen.
Werk steriel en gebruik de no-touch methode.

Slide 25 - Slide

Hoe vaak verwissel je een infuussysteem?
A
1 x per week
B
Bij TPV en bloedtransfusie 1x per 24 uur
C
Antwoord B en D zijn juist
D
1 x per 96 uur (4 dgn)

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Slide

Aandachtspunten
Werk volgens protocol.

Toedienen medicatie kan via bolus, infuuszak, cassette of elastomeerpomp.

Draag zorg voor dubbele controle, juiste medicatie, berekening oplossing en (instellen) toedieningssnelheid. Weet wat je geeft!

Let op interactie tussen verschillende medicatie (onverenigbaarheid).

Slide 28 - Slide

Elastomeer
pomp

Slide 29 - Slide

Aandachtspunten
i.v medicatie heeft vaak een beperkte houdbaarheidsduur in opgeloste vorm, los het medicijn dus nooit lang van tevoren op. 

Degene die het medicijn klaarmaakt moet het ook aanhangen. 

Controleer voordat je de medicatie gaat toedienen of infuus nog goed zit.

Observeer tijdens het toedienen de reactie van de cliënt.

Slide 30 - Slide

Verpleegkundig rekenen: Cliënt krijgt 1,5 liter infuusvloeistof per 24 uur, op hoeveel ml per uur stel je de pomp in?

Slide 31 - Open question

Cliënt krijgt 2 liter TPV gedurende de nacht. TPV wordt om 21.00 uur aangehangen en moet lopen tot de volgende ochtend 09.00 uur. Op hoeveel ml per uur stel je de pomp in?

Slide 32 - Open question

Cliënt krijgt 2 keer per dag een zakje antibiotica aangehangen. De antibiotica wordt opgelost met 20 ml water voor injecties. Daarna wordt de antibiotica toegevoegd aan een infuuszakje van 100 ml. Het zakje moet in een half uur inlopen. Op hoeveel ml per uur stel je de pomp in?

Slide 33 - Open question

TPV

Slide 34 - Slide