Kijk naar onderstaande zinnen. Gebruik de theorie
in de vakken rechts voor hulp. Ik kies zo een paar
van jullie uit om de zinnen mee te behandelen.
- Ik geef de boeken aan hen/hun (na een voorzetsel)
- Ik heb hen/hun nog niet gezien vandaag (LV of MV?)
- Ik geef hen/hun een avondje uit cadeau (LV of MV?)
- Zij zullen hen/hun verkiezingsprogramma's toelichten.