1.4 Ademhalen + practicum spirometer

1.4 ADEMHALEN








"De lucht in de longen moet voortdurend ververst worden. Dat gebeurt als je in- en uitademt. Ademen kan via de borst- of buikademhaling."
1 / 23
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

1.4 ADEMHALEN








"De lucht in de longen moet voortdurend ververst worden. Dat gebeurt als je in- en uitademt. Ademen kan via de borst- of buikademhaling."

Slide 1 - Slide

vorige les alle onderdelen van het ademhalingsstelsel gezien
en je weet dat je door je neus of mond kunt ademen
maar hoe werkt het verder?
LEERDOELEN


  • Je kent de verschillen tussen ingeademde en uitgeademde lucht.
  • Je kunt beschrijven hoe inademing en uitademing tot stand komen.





Slide 2 - Slide

This item has no instructions

HERHALING VORIGE LES
Weet je het nog?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

middenrif
longblaasje
bronchiën
longhaarvat
luchtpijp
neusholte
long
luchtpijptakje

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

Waarom moet je ademhalen door je neus? 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Bij een inademhaling komt er lucht binnen langs verschillende onderdelen van het ademhalingsstelsel.
Wat is de juiste volgorde bij een diepe ademhaling? 

Juiste moet hier!
1 bronchiën
2 luchtpijp
3 longblaasjes 
1 longblaasjes
2 luchtpijp
3 bronchiën 
1 luchtpijp
2 bronchiën
3 longblaasjes 
1 luchtpijp
2 longblaasjes
3 bronchiën 
1 bronchiën
2 longblaasjes
3 luchtpijp
1 longblaasjes 
2 bronchiën
3 luchtpijp 

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Wat gebeurt er in het longblaasje?
A
Zuurstof in het bloed Koolstofdioxide uit het bloed
B
Zuurstof en Koolstofdioxide gaan beide in het bloed
C
Zuurstof uit het bloed Koolstofdioxide in het bloed
D
Zuurstof en Koolstofdioxide gaan beide uit het bloed

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Longblaasje

Slide 8 - Slide

Lucht is via luchtpijp en bronchiën in longen gekomen, in longblaasjes
daar uitwisseling gassen met bloed
samenstelling ingeademde lucht: veel zuurstof
uitgeademde lucht: veel koolstofdioxide
Gaswisseling
=De uitwisseling van zuurstof en koolstofdioxide 
Verloopt snel door: 
  • Groot oppervlak van longblaasjes
  • Wand van longblaasjes heel dun
  • (Veel) haarvaten rond longblaasjes
  • Constante verversing van de lucht door ademhaling

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

VERBRANDING
Nodig voor verbranding
Over na verbranding
Zuurstof
Koolstofdioxide
Water
(Energie)
Glucose

Slide 10 - Drag question

This item has no instructions

Inademing 
  • Als je inademt, wordt O2 uit de lucht opgenomen. 
  • Deze O2 wordt vervoerd naar de cellen en daar gebruikt voor de verbranding van glucose.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Uitademing 
  • Bij de verbranding van glucose ontstaan CO2 , energie en water.
  • Als je uitademt, geef je de CO2 weer af aan omgeving. Ook raak je water en energie (warmte) kwijt bij het uitademen.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Ademhalingsspieren

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

0

Slide 14 - Video

This item has no instructions

  1. Tussenribspieren spannen aan, borstbeen omhoog
  2. Borstholte groter, longen groter, lucht wordt naar binnen gezogen.

  1. Middenrif trekt samen, beweegt omlaag
  2. Borstholte groter, longen groter, lucht wordt naar binnen gezogen.
BORSTADEMHALING
BUIKADEMHALING

Slide 15 - Slide

om lucht in de longen te krijgen moet de borstholte worden vergroot
dan worden longen uitgerekt waardoor er lucht wordt ingezogen = inademen
kan op 2 manieren
borstademhaling: tussenribspieren (borstbeen en ribben omhoog
buikademhaling: middenrif (buikwand naar voren)
uitademen: spieren ontspannen: borstholte verkleind, lucht er uit geperst
Zelf meten
Spirometer in rust
Activiteit
Spirometer na activiteit

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat is je conclusie?

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Welk gas moet bij nummer 3 staan?
A
zuurstof
B
stikstof
C
koolstofdioxide

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Is het zuurstof gehalte bij nummer 5 hoog of laag?
A
hoog
B
laag

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Inademen
borstholte wordt groter
longen worden groter
lucht stroomt de longen in
ribben en borstbeen bewegen omhoog

Slide 20 - Drag question

This item has no instructions

Zet de stappen van inademen in de goede volgorde
Lucht stroomt je longen in
Je borstholte en longen worden groter
Tussenribspieren en middenrifspieren trekken samen
Luchtdruk in je longen neemt af
Ribben kantelen omhoog en middenrif wordt plat

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions

Zet de stappen van uitademen in de goede volgorde
Je borstholte en longen worden kleiner
Lucht stroomt naar buiten
Tussenribspieren en middenrifspieren ontspannen
Luchtdruk in je longen neemt toe
Ribben zakken naar beneden en middenrif wordt bol

Slide 22 - Drag question

This item has no instructions

Huiswerk
Opdracht 1 t/m 8

Slide 23 - Slide

This item has no instructions