MC T3 Past simple and present perfect

Past simpe and present perfect
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2,3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 25 min

Items in this lesson

Past simpe and present perfect

Slide 1 - Slide

Present simple / present continuous

Slide 2 - Slide

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
Last year they ____ (move) to Den Bosch.

Slide 3 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
Yesterday, they ____ (cancel) the match because of the frost.

Slide 4 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
Last weekend, I ____ (find) a wallet.

Slide 5 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
Last night my grandma ____ (fall) from the stairs.

Slide 6 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
This morning I _____ (not hear) the alarmclock.

Slide 7 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
When the teacher asked him something, he _____ (not know) the answer.

Slide 8 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
___ she _____ (tell) you my secret?

Slide 9 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
___ you _____ (like) being in the school band when you were young?

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Slide

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
My mum _____ just ____ (wash) my new jeans.

Slide 12 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
We _____ never ____ (listen) to our teacher, but maybe we should.

Slide 13 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
We _____ already _____ (see) him twice this week.

Slide 14 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
She ___ already _____ (buy) the tickets.

Slide 15 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
My brothers _____ (not watch) the football match yet.

Slide 16 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
My mother _____ (not read) this book yet.

Slide 17 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
___ your sister ever _____ (play) monopoly?

Slide 18 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in.
___ you ever _____ (hear) that joke before?

Slide 19 - Open question

Past simple   vs   present perfect

Slide 20 - Slide