1.2. Plantenrijk (niet gebruiken)

Start
  • Mobiel in je kluis
  • Oortjes uit
  • Jas aan de kapstok
  • Boek en pen op tafel 
1 / 14
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Start
  • Mobiel in je kluis
  • Oortjes uit
  • Jas aan de kapstok
  • Boek en pen op tafel 

Slide 1 - Slide

Planning
  • Start (5min)
  • Uitleg: 1.2 deel 1 (15min)
  • Aan de slag (15min) 
  • Afsluiten (5min)

Slide 2 - Slide

H1 Organismen uit 4 rijken
  • 1.1 Organismen indelen
  • 1.2 Plantenrijk deel 1
  • 1.3 Dierenrijk
  • 1.4 Schimmelrijk & bacterierijk
  • 1.5 Voedselkringloop 
  • 1.6 Biotechniek

Slide 3 - Slide

Wat is GEEN levenskenmerk?
A
Ademhalen
B
Slapen
C
Groeien
D
Voortplanten

Slide 4 - Quiz

In welke 4 rijken zijn de organismen verdeeld?
A
Planten, dieren, insecten en vissen
B
Planten, schimmels, dieren en bacteriën
C
Planten, dieren, vissen en schimmels
D
Dieren, bacteriën, schimmels en vissen

Slide 5 - Quiz

Van groot
naar klein:
A
orgaan, organisme, orgaanstelsel, weefsel, cel
B
organisme, orgaanstelsel, orgaan, weefsel, cel
C
cel, weefsel, orgaan, orgaanstelsel, organisme
D
cel, orgaan, weefsel, orgaanstelsel, organisme

Slide 6 - Quiz

Weet je nog?
Van groot naar klein

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Lesdoelen
  • Je kunt de delen van een plant herkennen en benoemen.
  • Je kunt uitleggen wat weefsels zijn.
  • Je kunt beschrijven hoe een plantencel eruit ziet en de onderdelen benoemen.
  • Je kunt de taken van de onderdelen van een plantencel noemen.
  • Je kunt uitleggen hoe planten stevig blijven.

Slide 9 - Slide

Uit welke delen bestaat een plant?

Slide 10 - Slide

Weefsel en cel

Slide 11 - Slide

Onderdelen plantencel
DNA

Slide 12 - Slide

Stevigheid
Kruidachtige planten: blijven stevig door water in de cel.

Houtachtige planten: blijven stevig door houtstof in de celwanden.

Slide 13 - Slide

Aan de slag 
  • Lezen: blz. 19 t/m 26
  • Maken: opdracht: 1 t/m 17

Je mag zachtjes overleggen.


Slide 14 - Slide