Les 2 - Cultuur en socialisatie

Les 3 - Cultuur en socialisatie
4.2 - Cultuur en identiteit
1 / 17
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Les 3 - Cultuur en socialisatie
4.2 - Cultuur en identiteit

Slide 1 - Slide

Lesdoel
  • Je kan uitleggen wat er wordt bedoeld met socialisatie en internalisatie
  • Je kunt voorbeelden geven van socialiserende instituties en aangeven welke van deze invloed op jouw socialisatie hebben gehad.  
  • Je kan de 3 manieren waarop socialisatie plaatsvindt noemen.
  • Je kan uitleggen wat sociale controle is en voorbeelden geven van negatieve/positieve sancties.

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Intro: De kippenjongen
  • Vragen over socialisatie en identiteit maken
  • Vragen bespreken
  • Opdrachten 4.2 maken

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Open je lesboek op blz 156
1. Wat is socialisatie? Welk doel heeft socialisatie?
2. Geef 3 voorbeelden van socialiserende instituties. 
3. Op welke manier heeft de overheid invloed op jouw socialisatie?
4. Op welke 3 manieren vindt socialisatie plaats? Geef van elke manier een voorbeeld. 
5. Wat heeft sociale controle te maken met sancties? Geef een voorbeeld van zowel een positieve als negatieve sanctie. 
6. Wat wordt er bedoeld met internalisatie?
7. Wat is het verschil tussen je persoonlijke en je sociale identiteit? 

timer
10:00

Slide 5 - Slide

Socialisatie
= het bewust of onbewust aanleren van normen, waarden en gewoonten die bij jouw groep of samenleving horen. 

- van wie leer jij? Schrijf 5 dingen op. 

Slide 6 - Slide

Open je lesboek op blz 156
1. Wat is socialisatie? Welk doel heeft socialisatie?
2. Geef 3 voorbeelden van socialiserende instituties. 
3. Op welke manier heeft de overheid invloed op jouw socialisatie?
4. Op welke 3 manieren vindt socialisatie plaats? Geef van elke manier een voorbeeld. 
5. Wat wordt heeft sociale controle te maken met sancties? Geef een voorbeeld van zowel een positieve als negatieve sanctie. 
6. Wat wordt er bedoeld met internalisatie?
7. Wat is het verschil tussen je persoonlijke en je sociale identiteit? 

timer
10:00

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Goed of fout gedrag?
Gedrag wordt voortdurdend door onze omgeving gezien en gecontroleerd

  • Dat heet: sociale controle

  • Jouw omgeving laat zien of het jouw gedrag accepteert of niet, met sancties

Slide 12 - Slide

Open je lesboek op blz 156
1. Wat is socialisatie? Welk doel heeft socialisatie?
2. Geef 3 voorbeelden van socialiserende instituties. 
3. Op welke manier heeft de overheid invloed op jouw socialisatie?
4. Op welke 3 manieren vindt socialisatie plaats? Geef van elke manier een voorbeeld. 
5. Wat wordt heeft sociale controle te maken met sancties? Geef een voorbeeld van zowel een positieve als negatieve sanctie. 
6. Wat wordt er bedoeld met internalisatie?
7. Wat is het verschil tussen je persoonlijke en je sociale identiteit? 

timer
10:00

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Zonder na te denken...
Internalisatie = gedrag is vanzelfsprekend geworden

Slide 15 - Slide

Open je lesboek op blz 156
1. Wat is socialisatie? Welk doel heeft socialisatie?
2. Geef 3 voorbeelden van socialiserende instituties. 
3. Op welke manier heeft de overheid invloed op jouw socialisatie?
4. Op welke 3 manieren vindt socialisatie plaats? Geef van elke manier een voorbeeld. 
5. Wat wordt heeft sociale controle te maken met sancties? Geef een voorbeeld van zowel een positieve als negatieve sanctie. 
6. Wat wordt er bedoeld met internalisatie?
7. Wat is het verschil tussen je persoonlijke en je sociale identiteit? 

timer
10:00

Slide 16 - Slide

Lezen: 4.2 - Cultuur en 
identiteit (blz 156 - LB)
Maken: opdracht 1 t/m 9(blz 118)
AAN DE SLAG!
timer
10:00

Slide 17 - Slide