Woordenschat H1 en H2 - les 4

Welkom!
Pak je leesboek.
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Pak je leesboek.

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Herhalen theorie H2
  • Bespreken huiswerk
  • Zelf aan de slag



Slide 2 - Slide

woordraadstrategie synoniem
Ken je een woord niet? Zoek naar een synoniem in een tekst.
Bijvoorbeeld: exact = precies

Hoe vind je een synoniem?
- lees in dezelfde zin, lees de zin ervoor, lees de zin erna
- lees in de andere (volgende) alinea

Slide 3 - Slide

woordraadstrategie definitie en omschrijving
Ken je een woord niet? Zoek naar een omschrijving of definitie in de tekst.

Hoe vind je een omschrijving of definitie?
- lees in dezelfde zin, lees de zin ervoor, lees de zin erna
- lees in de andere (volgende) alinea

Slide 4 - Slide

Even oefenen...
Er komen woorden in beeld. Ik geef mensen de beurt, die vervolgens deze woorden omschrijven. 

Slide 5 - Slide

Omschrijf het woord...
hond 

Slide 6 - Slide

Omschrijf het woord...
kantine

Slide 7 - Slide

Omschrijf het woord...
toets

Slide 8 - Slide

Omschrijf het woord...
huis

Slide 9 - Slide

Omschrijf het woord...
krant

Slide 10 - Slide

Omschrijf het woord...
telefoon

Slide 11 - Slide

Omschrijf het woord...
laptop

Slide 12 - Slide

Omschrijf het woord...
directeur

Slide 13 - Slide

Omschrijf het woord...
plant 

Slide 14 - Slide

Omschrijf het woord...
raam

Slide 15 - Slide

Een omschrijving
Een onbekend woord in een tekst kun je soms begrijpen doordat er een omschrijving van dat woord bij staat. Zo’n omschrijving vind je ook in het woordenboek: 

– conservatorium = school waar je opgeleid wordt tot beroepsmusicus

Slide 16 - Slide

Een definitie
Een definitie is een heel nauwkeurige omschrijving van een woord of begrip. In leerboeken staan vaak definities: 

– parallellogram = een vierhoek met twee paren evenwijdige zijden

Slide 17 - Slide

Bespreken huiswerk
Opdracht 2 en 3 van Woordenschat H2

Slide 18 - Slide

Opdracht 2
Ik geef willekeurig mensen de beurt. 

Slide 19 - Slide

Antwoorden opdracht 2
a aanfluiting: afgang; iets wat schandalig slecht is
b adembenemend: heel boeiend, mooi of spannend
c affiche: aanplakbiljet
d afgunst: jaloezie
e amusant: vermakelijk; grappig
f animo: zin om aan iets deel te nemen
g applaudisseren: in de handen klappen ter goedkeuring of uit bewondering
h artistiek: creatief; kunstzinnig
i attractief: aantrekkelijk; mooi
j auditie: niet-openbaar optreden, als proef

Slide 20 - Slide

Opdracht 3
Ik geef willekeurig mensen de beurt. 

Slide 21 - Slide

Antwoorden opdracht 3
1/2 1 legendarisch: zo beroemd dat er nog steeds over gesproken wordt
2 toenmalige: in die tijd
3 doubleerde: bleef zitten
4 debuut: eerste optreden
5 journalisten: verslaggevers
6 voormalige: vroegere
7 capaciteiten: bekwaamheden
8 behendig: handig
9 markante: opmerkelijke
10 quotes: uitspraken

Slide 22 - Slide

Aan de slag
Maak opdracht 4 en 5 van Woordenschat H2 (blz 56). Klaar? Laat het zien. Je mag dan gaan leren voor de toetsweek.

Slide 23 - Slide