ADD/ADHD

ADHD/ADD
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BurgerschapBeroepsopleiding

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

ADHD/ADD

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

In deze presentatie:

  1. Wat is ADHD/ADD?
  2. De ADHD/ADD kennisquiz 
  3. Kijken en lezen over ADHD/ADD als mbo-docent.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over ADHD/ADD?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Wat is ADHD/ADD?
  • Biologische oorzaak ADHD --> problemen met communicatie tussen hersengebieden.
  • 3 soorten ADHD:
  1. ADHD I : Het oude ADD: aandachtstekort
  2. ADHD H: Hyperactief/impulsief
  3. ADHD C: Type I en H gecombineerd. Deze komt het meest voor.
  • ADHD/ADD bij volwassenen

Slide 5 - Slide

*
ADHD
  • Biologische oorzaak van ADHD ligt waarschijnlijk bij problemen met communicatie tussen hersengebieden.
  • Neurotransmitters dopamine en noradrenaline komen in verminderde hoeveelheid voor in het voorste gedeelte van de hersenen van ADHD-patiënten, de prefontaalkwabben.
  • Dit gaat samen met afwijkende functie van de prefrontaalkwabben en een verminderde anatomische organisatie van de verbindingen tussen de prefrontaalkwabben en verschillende diepergelegen hersenkernen.   
3 soorten ADHD:
  • ADHD I : Het oude ADD: aandachtstekort
  • ADHD H: Hyperactief/impulsief
  • ADHD C: Type I en H gecombineerd. Deze komt het meest voor.

  • Uit erfelijkheidsonderzoek blijkt dat ADHD voor ongeveer 70% erfelijk bepaald, ook roken en drinken tijdens zwangerschap leidden tot verhoogde kans.
  • Bij veel volwassenen worden symptomen van ADHD toegeschreven aan hun persoonlijkheid.
  • Volgende symptomen kunnen duiden op ADHD bij volwassenen
- concentratie- en aandachtsproblemen, 
- vaak dingen kwijt zijn, 
- gebrek aan organisatietalent 
- snel afgeleid zijn

  • Vaak neemt de hyperactiviteit, die veel kinderen met ADHD kenmerkt, af naarmate leeftijd vordert. 
  • ADHD kan wel blijven leiden tot een verminderd vermogen impulsen te controleren: ook volwassenen met ADHD kunnen gesprekspartners op onnodige momenten onderbreken.
  • ADHD komt ook nog veel voor bij volwassenen maar een deel groeit er overheen. 

Een obstakel hierbij is het volgende:
  • Als kind en jongvolwassenen ervaar je continu stress door add. Ook ontwikkelt zich gemakkelijk een negatief zelfbeeld. Bij vele taken denkt een add-er: dit kan ik niet.
Plastisiteit hersenen


Inbreng Marien:
  • ADHD in gewone mensen taal 
  • ADHD is een afkorting voor Attention Deficit Hyperactivity Disorder. En ik begin maar even met een uitleg in ‘gewone-mensen-taal’: ADHD houdt in dat iemand het op een of andere manier zo druk heeft in zijn hoofd, dat er weinig meer bij kan. En met een vol hoofd kun je het zo druk hebben, dat je daardoor de leerstof van school er niet meer goed bij kunt hebben, dat je niet altijd door hebt wat er tegen je gezegd word of wat er van je verwacht wordt, dat je bijvoorbeeld over grenzen van anderen heen gaat omdat je eigenlijk geen ruimte meer hebt in je hoofd voor aanvoelen en invullen van wensen/gevoelens van anderen. En ook: doordat je zo veel bezig bent met alle prikkels in je hoofd te managen, je niet meer zo goed door hebt wat de rest van je lichaam doet en je dus struikelt, dingen laat vallen, harder slaat dan bedoeld etc. 
  • Ook kan het zijn dat het zo druk is in je hoofd dat je er zelf ook wat gek van wordt, en je onbedoeld afreageert en dus een nogal kort lontje hebt. Verder zijn veel mensen met ADHD ‘triggerhappy’: er hoeft maar iets te gebeuren en ze schieten in actie, snel en vaak ook ondoordacht. Het verschil tussen ADHD en ADD is vooral dat die drukte in je hoofd bij ADHD ook voor anderen zichtbaar is in gedrag (onhandig, druk, snel gedrag). 

  • Bij ADD verdwijnt iemand als het ware in zijn hoofd, lijkt dus van buiten heel rustig maar is het van binnen niet. Binnen de psychiatrie wordt gebruikgemaakt van een aantal formele criteria, die verwoord staan in een handboek. 
 
 



  • Druk, altijd bezig en met van alles tegelijk
  • Stilzitten is lastig
  • Moeite met opletten
  • Lang aan iets werken lukt niet goed
  • Vaak dingen kwijt of vergeet dingen
  • Dromerig
  • Moeite met school
  • Luistert niet altijd
  • Hyperfocus als de student de stof interessant vindt. 
  • Moeite met plannen
  • Verslavingsgevoelig
  • Kan veel praten
  • Sociale problematiek



  • Onrustig en snel afgeleid
  • Verliest zich in onbelangrijke details / taken
  • Ongecensureerde prikkelverwerking (alle prikkels komen binnen, zonder filter)
  • Begrip van instructie en opdracht ontbreekt
  • Moeite met samenwerken
  • Verminderd/ geen tijdsbesef
  • Opdrachten worden niet op tijd ingeleverd / afgerond

  • Wanneer een student 1 of meer van deze kenmerken laat zien KAN er sprake zijn van ADHD.  

Hoe herken je een student met add/adhd?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions




  • Bied leerstof aan op verschillende manieren: visueel & auditief
  • Agenda/planning vaststellen en zichtbaar maken
  • Zorg dat opdrachten/lesmateriaal terug te vinden zijn op een vaste (online) plek
  • (Grote) opdrachten in kleine stukjes verdelen, het liefst 1 opdracht tegelijk
  • Wissel saaie en interessante taken af
  • Geef duidelijke, korte enkelvoudige instructies
  • Geef waar mogelijk tussentijds feedback en instructie
  • Terugkoppeling vragen van wat er is besproken / uitgelegd (taken/opdrachten/uitleg): Is het aangekomen en begrepen?
  • Stel controlevragen na delen van planning en opdrachten
  • Geef ruimte om zich af en toe uit te leven in beweging




  • Zet een timer aan tijdens opdrachten maken/zelfstandig werken.
  • Koppel een student aan een klasgenoot die sterk is in waar de ander zwak in is (compenseren
  • Bespreek de verwachtingen van gedrag en de consequenties bij onacceptabel gedrag
  • Verval niet in discussie; houd het kort
  • Benoem positief gedrag
  • Maak ADD/ADHD bespreekbaar in de klas
  • Moedig vragen stellen aan
  • Rust in de les (netjes, zacht spreken)
  • Rust in de ruimte (opgeruimd, niet te veel prikkels)
  • Zie de onmacht, niet de onwil en bespreek dit indien nodig met de klas
  • Heb als docent geduld en begrip

Hoe houd je rekening met ADHD/ADD als docent?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Sterke punten van ADHD/ADD

  • Heel enthousiast
  • Ondernemend
  • In voor iets nieuws
  • Gevoel voor humor
  • Oplossingsgericht
  • Energiek
  • Hyperfocus

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

De ADHD/ADD-quiz
Telkens 20 sec. om de vraag te beantwoorden.
Heb jij goed opgelet? Dat gaan we zien?
Let's gooooo!

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat is ADHD?
A
Aandacht tekort Hyperactiviteit stoornis
B
Gedragsstoornis waarbij kinderen heel druk kunnen zijn
C
Attention Deficit Hyperactivity Disorder
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

 De hersenen van mensen met  ADHD  reageren sneller op prikkels
A
Onjuist
B
Juist

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel vormen ADHD zijn er?
A
4
B
2
C
3
D
5

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn de kenmerken van ADHD?
A
Niet snel verveeld, doet dingen zonder eerst na te denken
B
makkelijk verveeld, rusteloos en nerveus, anderen onderbreken
C
Kan goed stil zitten, kan op zijn beurt wachten

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Wie heeft er ADHD?
A
B
C
D

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Wat is er belangrijk als je een student met ADHD begeleidt?
A
Geen structuur, geen loopmomenten
B
Structuur, planningen maken, rustige omgeving creëren
C
Extra aandacht geven, gebruik maken van zichtbare planningen

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

ADHD/ADD zijn per definitie enkel erfelijk
A
Niet waar
B
Waar

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

En de winnaar van de quiz is....

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Thanks! 
Vragen? Opmerkingen?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions