Stone 15

Welcome
M1C

Thursday 14th of May
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welcome
M1C

Thursday 14th of May

Slide 1 - Slide

tb p.94:
Bekijk 
Stone 15

Slide 2 - Slide

Vertaal de zin:
Would you like to go to the cinema?
A
Wil je naar het theater gaan?
B
Wil je naar de sporthal gaan?
C
Wil je naar het café gaan?
D
Wil je naar de bioscoop gaan?

Slide 3 - Quiz

Vertaal de zin:
Let's eat at Pizza Express.
A
Laten we bij Pizza Express gaan zitten.
B
Kom mee naar Pizza Express.
C
Laten we bij Pizza Express gaan eten.
D
We gaan nu naar Pizza Express.

Slide 4 - Quiz

Vertaal de zin:
Yes, I would love to.
A
Ja, dat doen we.
B
Ja, we gaan.
C
Ja, dat zou ik graag willen.
D
Ja, dat zouden we kunnen doen.

Slide 5 - Quiz

Vertaal de zin:
I'm sorry, but I can't make it.
A
Het spijt me, maar ik ga het niet redden.
B
Het spijt me, maar ik kom niet.
C
Het spijt me, maar ik ga niet.
D
Het spijt me, maar ik wil niet.

Slide 6 - Quiz

werkboek
Maak i22 (p.40)

Slide 7 - Slide

werkboek
Maak i23 (p.40/41)

Let op! 
Een bevestigend antwoord is dat het wél kan en
 een ontkennend antwoord is dat het níet kan.

Slide 8 - Slide

Vertaal de zin:
Waarom gaan we niet naar een festival?
A
Why don't we go to the cinema?
B
Why don't we go to a festival?
C
Come to the festival.
D
Would you like to go to the cinema?

Slide 9 - Quiz

Vertaal de zin:
Het spijt me, maar ik heb andere dingen te doen.
A
I'm sorry, but I can't go.
B
I'm sorry, but I am busy.
C
I'm sorry, but I have other things to do.
D
I'm sorry, but don't like it.

Slide 10 - Quiz

Vertaal de zin:
Laten we winkelen.
A
Let's go shopping.
B
We are going to shop.
C
Would you like to go shopping?
D
Why don't we go to the shop?

Slide 11 - Quiz

Vertaal de zin:
We zouden fish and chips kunnen eten.
A
We are going to eat fish and chips.
B
We eat fish and chips.
C
Let's eat fish and chips.
D
We could eat fish and chips.

Slide 12 - Quiz

Vertaal de zin:
Dat is een fantastisch idee.
A
What a wonderful idea.
B
That's a great idea.
C
I would love to.
D
Let's do that.

Slide 13 - Quiz

Inleveren:
wb:
i22 + i23 (p.40/41)
donderdag 14 mei

Slide 14 - Slide

The end

Slide 15 - Slide