Les 2 - 3.2 Dictatuur in Duitsland

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b, k, g
• Leerjaar 1

BEGINTAAK: wat gebeurden er tussen 1920 en 1935 allemaal op economisch gebied?

3.2 Welvaart, crisis en dreiging

Lesplanning

Wat	Tijd
Welkom + begintaak	5 min.
Presentator * Afspraken * Leerdoel(en)	2 min.
Instructie en aan de slag * Uitleg opkomst Hitler (+ filmpje)	28 min.
Afsluiting * Leerdoel(en) behaald? * Huiswerk * Opruimen	5 min.

Leerdoelen

• Aan het einde van deze paragraaf kun je beschrijven hoe Duitsland een totalitaire dictatuur werd.

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Wat is een dictatuur?

1. Een systeem met meerdere partijen.
2. Een systeem met één leider.
3. Een regering gekozen door het volk.
4. Een democratisch bestuur.

Welke oorzaken kun je bedenken waarom Hitler aan de macht kwam?

Wat was GEEN onderdeel van het programma van de Nazi's?

1. Een sterk Duitsland maken
2. Einde van de straf uit WOI
3. Maatregelen tegen de joden
4. Samenleven met verschillende rassen

Welke maatregelen nam Hitler om de Duitse economie weer op te bouwen?

Wat is GEEN kenmerk van het Nationalsozialisme?

1. Vreedzaam
2. Tegen de democratie
3. Nationalistisch
4. Racistisch, vooral tegen de Joden

Noem 3 verschillen tussen democratie van NL nu en de dictatuur in Nazi-Duitsland van toen.

Adolf Hitler

Geboren in Oostenrijk-Hongarije

• Gewelddadige vader
• Mislukte kunstenaar

Invloed van de Eerste Wereldoorlog:

• Duitsland is ''verraden''
• Mein Kampf

Hitlers Duitsland:

• Arisch en Jodenvrij
• Groot en machtig

De Swastika (hakenkruis) werd gezien als een symbool wat door de vroegere Ariërs werd gebruikt.

Leg uit waarom een gewone Duitser die toen leefde tegen Hitler zou zijn?

Schrijf op in je aantekeningenschrift

• Dictatuur = land waar één iemand/partij aan de macht is
• Totalitair = de overheid beslist alles
• Nationaalsocialisme (nazi) = nationalistische, racistische, gewelddadige en antidemocratische politieke partij
• Racisme = onderscheid maken op basis van afkomst (ras), huiskleur of geloof

Huiswerk

• Maken: Paragraaf 3.2, opdracht 2, 3, 5 in je boek of digitaal via planning.
  
• Leren: paragraaf 3.1

Werktijd

STAP 1

STAP 2

KLAAR ?

Maak opdrachten 6, 7 en 8

uit paragraaf 3.2

Hoe?

• Eerste 10 min in stilte
• Daarna:
• In tweetallen of alleen
• Zachtjes overleggen
• Vraag? Steek je vinger op
• Je mag muziek luisteren op je laptop

Opdrachten samen bespreken

Hoe?

• Verbeteren met een andere kleur pen
• Klaar? Laten zien aan de leraar

Samenvatting maken, de gele stukjes in je boek.

Of

Lezen