Dan gebruik je na een vergrotende trap en na de woorden ander, anders en andere.
- Goud is duurder dan zilver.
- Frans klinkt anders dan Nederlands.
- Ik wil andere films kijken dan jij.
Als gebruik je na de woorden even, zo en net zo.
- Simon is even oud als Catherine.
- Het Noordpoolgebied warmt twee keer zo snel op als de rest van de aarde.
- Vrouwen drinken net zo veel alcohol als mannen.