This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Diagnostische Toets
H4: Duurzaamheid
2e Klas
Slide 1 - Slide
'De natuur gebruiken zonder onherstelbare schade aan te richten voor toekomstige gebruikers'
Welk begrip hoort hier bij?
A
Duurzame ontwikkeling
B
Fossiele energiebron
C
Duurzame energie
D
Broeikaseffect
Slide 2 - Quiz
Wat heeft CO2 te maken met het broeikaseffect?
Slide 3 - Open question
'Het idee dat er geen afval overblijft doordat alles wat de mens maakt gerecycled wordt'
Welk begrip hoort hier bij?
A
klimaatverandering
B
cradle to cradle
C
aantasting
D
stuwdam
Slide 4 - Quiz
Hernieuwbare energiebronnen hebben voor- en nadelen. Schrijf een voordeel en nadeel op van windenergie.
Slide 5 - Open question
In welke landen hebben de grootste voetafdruk?
A
Westerse landen
B
Ontwikkelingslanden
C
Aziatische landen
D
Zuid-Amerikaanse landen
Slide 6 - Quiz
Iemand zegt: ‘Er rijden steeds meer elektrische auto’s op de weg. Dat is duurzaam volgens veel mensen. Maar dat hoeft niet zo te zijn.' In welk geval is elektrisch rijden niet duurzaam?
Slide 7 - Open question
Welke van onderstaande uitspraken klopt niet?
A
De meeste huizen in Nederland zijn nu beter geïsoleerd dan pakweg vijftig jaar geleden.
B
Het energieverbruik van de gemiddelde Nederlander neemt de laatste jaren af.
C
LED-lampen zijn energiezuiniger dan gloeilampen.
D
Automotoren verbruiken steeds minder energie per gereden kilometer dan vroeger.
Slide 8 - Quiz
Jette zegt dat haar ecologische voetafdruk lager is, omdat ze vegetariër is. Geef aan: - Of de stelling van Jette klopt - Waarom wel/niet?
Slide 9 - Open question
Wat werd er besproken bij het Klimaatakkoord van Parijs?
A
Er werd terug gekeken naar het verleden i.v.m. uitstoot van broeikasgassen
B
Er werden afspraken gemaakt over de toekomstige uitstoot van broeikasgassen
C
Er werd gesproken over diverse manieren om energie op te wekken
D
Er werden boetes uitgedeeld aan landen die de afspraken niet zijn nagekomen
Slide 10 - Quiz
Soms komen er lokale hongersnoden voor terwijl er wereldwijd voldoende voedsel is. De belangrijkste oorzaak hiervoor is...
A
verschil in ecologische voetafdruk.
B
verschil in dieet.
C
verschil in draagkracht van een gebied.
D
verschil in rijkdom.
Slide 11 - Quiz
Bekijk het figuur. Noem twee redenen waarom het aantal auto’s wereldwijd toeneemt.
Slide 12 - Open question
(K) Beoordeel onderstaande stellingen.
I Er is een verband tussen het energiegebruik van een land en de voedselzekerheid in dat land. II De ecologische voetafdruk van veel mensen laat zien dat de draagkracht van de aarde onder druk staat.
A
I en II zijn juist.
B
I is juist, II niet.
C
II is juist, I niet.
D
I en II zijn onjuist.
Slide 13 - Quiz
Neem de letters A, B en C over en geef van elk deel van het productieproces van een kledingstuk aan of het in een arm of in een rijk land plaatsvindt. A Ontwerp B Productie C Verkoop
Slide 14 - Open question
(T) Beoordeel onderstaande stellingen . Geef van elke stelling aan of deze juist of onjuist is . I Hout is een hernieuwbare natuurlijke hulpbron. II Steenkool is een hernieuwbare natuurlijke hulpbron. III Cacaobonen zijn een niet-hernieuwbare natuurlijke hulpbron.
A
I en III zijn juist;
II is onjuist.
B
I en II zijn onjuist,
III is juist
C
I is juist,
II en III zijn onjuist
D
I is onjuist;
II en III zijn juist
Slide 15 - Quiz
Welke uitspraak is op dit moment juist?
A
Draagkracht v/d aarde heeft meer te lijden van de welvaartsgroei dan van de groei v/d wereldbevolking.
B
Geboortecijfers nemen af, dus de wereldbevolking is al aan het afnemen.
C
Verandering van dieet is van invloed op de draagkracht van een gebied.
D
Posters die oproepen tot ‘family-planning’ zijn van invloed op de draagkracht van een gebied.