Betoog presentatie

Presentatie politieke kwestie

betoog
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Presentatie politieke kwestie

betoog

Slide 1 - Slide

Mondeling betoog
Wat weet je hier al over?

Slide 2 - Open question

Het mondeling betoog
Een mondeling betoog heeft als doel de luisteraar te overtuigen. Zo’n presentatie bevat meningen en argumenten. De argumenten worden door feiten, cijfers en constateringen ondersteund. De hoofdgedachte van een betoog is altijd een mening.

Slide 3 - Slide

Indeling
Inleiding

In de inleiding introduceer je het onderwerp en probeer je de aandacht van je publiek te trekken. Je sluit af met je standpunt en je zorgt voor een duidelijke overgang naar je argumentatie.  

Middenstuk   

In het middenstuk werk je de argumenten uit die jouw standpunt onderbouwen. Behandel ieder argument afzonderlijk en zorg voor een logische opbouw. Geef voorbeelden en gebruik feiten, zo verlevendig je jouw betoog. Bedenk wat de tegenargumenten bij jouw standpunt kunnen zijn en verwerk ze in je betoog. Vervolgens weerleg je de tegenargumenten en daarmee versterk je je betoog.  

Slot  
In het slot benadruk je de belangrijkste argumenten, geef je een korte samenvatting en herhaal je expliciet je standpunt.   

Slide 4 - Slide

Tips bij de structuur
  • Inleiding:
    - actuele opening
    - vertel een anekdote
    - citeer een deskundige of een aansprekend persoon

  • Middenstuk:
    - minimaal 3 argumenten voor
    - minimaal 2 argumenten tegen en weerlegging

  • Slot: 
    - geef een duidelijke samenvatting en trek je conclusies
    - probeer kernachtig en speels te eindigen, waarbij je zo mogelijk terugkomt op de inleiding 
    - gebruik GÉÉN clichés: 'Dit was het...'


Zorg voor samenhang in de opbouw en alinea's --> gebruik signaalwoorden!

Slide 5 - Slide

Indeling betoog
Titel
Alinea 1: Inleiding 

Introductie onderwerp d.m.v. een aandachtstrekker, stelling en standpunt
Alinea 2: Argument 1 voor
Alinea 3: Argument 2 voor
Alinea 4: Argument 3 voor
Alinea 5: Argument 1 tegen
Alinea 6: Weerlegging argument tegen
Alinea 8: Slot
Conclusie en herhaling standpunt en de (belangrijkste) argumenten en toekomstvisie

Slide 6 - Slide

Waar word je op beoordeeld tijdens het examen/toetsen Spreken 3F?

Slide 7 - Open question

Beoordelingscriteria Spreken 3F
1. Opdrachtspecifieke inhoudskenmerken
2. Samenhang
3. Doel
4. Publiek
5. Woordenschat
6. Vloeiendheid, verstaanbaarheid, grammaticale beheersing


Slide 8 - Slide

Wat is het doel van een betoog?
A
informeren
B
opiniëren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 9 - Quiz

Een goede spreker bedenkt in zijn betoog al tegenargumenten. Waarom zou hij dit doen?
A
Het haalt zijn eigen stuk onderuit.
B
Hij kan direct aangeven waarom dit niet zo is.
C
Zijn argumenten wegen daardoor zwaarder.
D
Hij houdt wel van een beetje tegengas.

Slide 10 - Quiz

Wat doet een spreker als hij als spreekdoel OVERTUIGEN heeft?
A
Hij legt uit en geeft zijn mening
B
Hij probeert je mening te beïnvloeden met argumenten.
C
Hij probeert je te overtuigen iets te gaan doen.
D
Hij schrijft een tekst die je voor de gezelligheid kunt lezen.

Slide 11 - Quiz

1. Stelling -
2. Standpunt -
3. Argument -
4. Tegenargument -
5. Weerlegging -
Mobiele telefoons moeten verboden worden in klas.
Ik vind dat mobiele telefoon verboden moeten worden in de klas
Allereerst heeft onderzoek aangetoond dat het gebruik van mobiele telefoons slecht is voor de sociale sfeer in de klas.

Maar jongeren geven aan dat zij zelf verantwoordelijk zijn voor het gebruik van hun mobiele telefoon. Zij kunnen zelf wel inschatten wanneer ze deze wel of niet moeten gebruiken.
In de praktijk blijkt dat de concentratie van studenten veel minder is als ze continue hun mobiele telefoon bij de hand hebben. Zij hebben zelf niet eens door welke informatie ze van de lessen missen. Dit heeft dan weer negatieve invloed op de cijfers

Slide 12 - Drag question

Slide 13 - Video

Stelling: Het is beter om generieke vakken 2 keer per week 45 minuten te krijgen
A
voor
B
tegen

Slide 14 - Quiz

Argumenten voor

Slide 15 - Open question

Argumenten tegen

Slide 16 - Open question

Met welk signaalwoord kun je een tegenargument aangeven?
A
Maar
B
Echter
C
Daarentegen
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 17 - Quiz

Aan de slag!
 presentatie voorbereiden

Slide 18 - Slide

Opdracht; Spreken
  • Maak groepjes van 2 personen
  • Bekijk elkaars presentatie en geef feedback

Slide 19 - Slide

Criteria spreken
  • 6-8 minuten
  • Powerpoint
  • Spiekbriefje (steekwoorden) toegestaan

Slide 20 - Slide

Opbouw betoog 
  • Introductie onderwerp
  • Stelling / standpunt
  • Argumenten vóór standpunt
  • Tegenargumenten
  • Weerleggen van tegenargumenten
  • Conclusie/toekomstvisie

Slide 21 - Slide