2.4 Wolken en onweer

2.4 Wolken en onweer
2.4.1 Je kunt met behulp van een grafiek bepalen hoe hoog het dauwpunt is.
2.4.2 Je kunt uitleggen van welke factor de hoogte van het dauwpunt afhangt.
2.4.3 Je kunt stap voor stap beschrijven op welke manier stapelwolken ontstaan.
2.4.4 Je kunt het verschil beschrijven tussen mooiweerwolken en buienwolken.
2.4.5 Je kunt beschrijven op welke manier de bliksem en de donder ontstaan.
2.4.6 Je kunt berekenen hoe groot de luchtvochtigheid is (in procenten). (extra stof)

1 / 23
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with text slides and 8 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2.4 Wolken en onweer
2.4.1 Je kunt met behulp van een grafiek bepalen hoe hoog het dauwpunt is.
2.4.2 Je kunt uitleggen van welke factor de hoogte van het dauwpunt afhangt.
2.4.3 Je kunt stap voor stap beschrijven op welke manier stapelwolken ontstaan.
2.4.4 Je kunt het verschil beschrijven tussen mooiweerwolken en buienwolken.
2.4.5 Je kunt beschrijven op welke manier de bliksem en de donder ontstaan.
2.4.6 Je kunt berekenen hoe groot de luchtvochtigheid is (in procenten). (extra stof)

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Dauwpunt
De temperatuur waarbij waterdamp 
in de lucht gaat condenseren heet 
het dauwpunt. Het dauwpunt hangt 
af van de hoeveelheid vochtigheid 
in de lucht. 

Slide 3 - Slide

Dauwpunt
Hoe minder waterdamp, hoe lager het dauwpunt

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Hoe onstaat een wolk?
De zon verwarmt het zeewater, het vloeibare water verandert in waterdamp. Als de lucht met waterdamp afkoelt, treedt er condensatie op en ontstaat er een wolk
Hoe onstaat neerslag in een wolk?
Neerslag ontstaat als miljarden zwevende druppeltjes en ijsdeeltjes in wolken aan elkaar gaan kleven. Ze worden te zwaar en vallen naar beneden.

Slide 6 - Slide

Stapelwolken
Stapelwolken ontstaan door warme
lucht die uitzet. Bij het dauwpunt 
gaat de lucht condenseren 
(vlakke onderkant)
maar de bellen warme lucht stijgen nog verder, zo stapelen de wolken zich op.

Slide 7 - Slide

0

Slide 8 - Video

Vormen van stapelwolken
Op een gegeven moment bereikt de bel het condensatieniveau; de waterdamp word kleine waterdruppeltjes --> een wolk. 
Dit gebeurd op elkaar, hierdoor ontstaan stapelwolken. 
Door het condensatieniveau zijn wolken plat aan de onderkant. 

Slide 9 - Slide

Mooiweerwolken & Buienwolken
  • Als het temperatuurverschil klein is, krijg je mooiweerwolken. deze wolken zijn niet zo hoog en veroorzaken geen regen
  • Als het temperatuurverschil groot is, krijg je buienwolken. (donkere onderkant). hier ontstaat ijs wat vervolgens neerslaat als regen 

Slide 10 - Slide

MooiWeerWolken

Slide 11 - Slide

SlechtWeerWolken

Slide 12 - Slide

Onweer
  • Wanneer de luchtbellen zeer snel opstijgen kan er onweer ontstaan. 
  • Dit komt omdat ijskristallen en
    waterdruppels langs elkaar
    bewegen en zo elektriciteit
    maken!

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Ontstaan van onweer: ladingscheiding

Slide 19 - Slide

0

Slide 20 - Video

0

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video