What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
DHA1A K4 Tiere Grammatik A
Schwache Verben, zwakke werkwoorden
KAPITEL 4 TIERE
1 / 37
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
37 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Schwache Verben, zwakke werkwoorden
KAPITEL 4 TIERE
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
- verschil zwakke- en sterke werkwoorden
- vervoeging gewone zwakke werkwoorden
- vervoeging bijzondere zwakke werkwoorden
Slide 2 - Slide
de leerdoelen
Ik leg uit wat zwakke- sterke werkwoorden zijn.
Ik maak een stam van een werkwoord in het Duits.
Ik ken het schema voor de zwakke werkwoorden.
Ik vervoeg de zwakke werkwoorden in de tegenwoordige tijd.
Slide 3 - Slide
Weet je dit?
Weet je wat het verschil tussen een sterk en een zwak werkwoord is?
Slide 4 - Slide
Sterke werkwoorden
Zwakke werkwoorden
Veranderen van klank
Verandert niet van klank
Voltooid deelwoord eindigt op -en
Voltooid deelwoord ge+stam+t
lopen = laufen
maken = machen
geven = geben
spelen = spielen
Slide 5 - Drag question
Hoe vind je de stam van een werkwoord in het Duits?
Slide 6 - Slide
wander = der Stamm
komm = der Stamm
kommen
wandern
spielen
spiel = der Stamm
-EN
-EN
-N
Slide 7 - Drag question
stam van een werkwoord
Hoe maak je de
stam van een werkwoord?
-
en
of
-n
Voorbeelden
spiel
en
wander
n
stam = spiel- stam = wander
-
Slide 8 - Slide
6
Slide 9 - Video
00:36
Waarop eindigen de meeste werkwoorden in het Duits?
Slide 10 - Open question
00:51
Welke letter(s) komen na ICH en DU?
Slide 11 - Open question
01:05
ZIJ
HET
HIJ
er
sie
es
Slide 12 - Drag question
01:20
er, sie, es komm..
A
st
B
e
C
en
D
t
Slide 13 - Quiz
02:20
Wat zijn de laatste letter(s) bij: wir - ihr - sie/Sie
Slide 14 - Open question
03:01
Welke 2 betekenissen heeft sie in deze zin: Sie kommen aus Berlin.
Slide 15 - Open question
W
elke uitgangen krijg je achter de stam bij de zwakke werkwoorden?
timer
1:00
ich = stam + _____
du = stam + _____
er/sie/es/wer/man = stam + _____
wir = stam + ______
ihr = stam + ______
sie = stam + ______
Sie = stam + ______
e
en
en
en
st
t
t
Slide 16 - Drag question
alle gewone zwakke werkwoorden:"
spiel
en"
i
ch..............stam +
d
u..............stam +
e
r/sie/es.....stam +
w
ir..............stam +
i
hr..............stam +
s
ie/Sie........stam +
I D E W I S
(fe)
e
st
t
en
t
en
e (spiel+e)
st (spiel+st)
t (spiel+t)
en (spiel+en)
t (spiel+t)
en (spiel+en)
voltooid dw:
ge
spiel
t
komt later
voltooid deelwoord: gespielt
Slide 17 - Slide
alle zwakke werkwoorden die in de stam eindigen op een
s-klank
(
s/ß/z/x
) :"
reis
en"
ich..............stam +
du..............stam +
er/sie/es.....stam +
wir..............stam +
ihr..............stam +
sie/Sie........stam +
HAVO/VWO
let op bij "
du
" !!!
(fe)
e
st
t
en
t
en
)
e (reis+e)
t
(reis+t).....dus géén
s
!!
t (reis+t)
en (reis+en)
t (reis+t)
en (reis+en)
voltooid dw:
ge
reis
t
Slide 18 - Slide
alle zwakke werkwoorden die in de stam eindigen op
d
of
t :
"
arbei
t
en"
ich..............stam +
du
..............stam +
er/sie/es
.....stam +
wir..............stam +
ihr.
.............stam +
sie/Sie........stam +
VWO!!!!!!!!
let op bij "
du
" en
er/sie/es
en "
ihr
" !! (fe
e
st
t
en
t
en
)
e (arbeit+e)
e
st ( arbeit+
e
st)
e
t (arbeit+
e
t)
en (arbeit+en)
e
t (arbeit+
e
t)
en (arbeit+en)
voltooid dw:
ge
arbeit
et komt later
Slide 19 - Slide
Gibt es noch Fragen??????
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Hoe moet je zwakke werkwoorden vervoegen? Wat is het "hulpwoordje "voor de juiste uitgangen?
Slide 22 - Open question
Ich ...... einen Brief. (schreiben)
A
schreib
B
schreibe
C
schreibt
D
schreiben
Slide 23 - Quiz
....... ihr am Sonntag mit zu Oma? (kommen)
A
Komm
B
Komme
C
Kommt
D
Kommen
Slide 24 - Quiz
Wann ...... du am Computer? (üben)
A
üben
B
übest
C
übst
D
übe
Slide 25 - Quiz
Wir ....... gerne Karaoke. (singen)
A
singe
B
singen
C
singt
D
singst
Slide 26 - Quiz
Peter und Tom ...... jeden Samstag Sport. (machen)
A
mache
B
machst
C
macht
D
machen
Slide 27 - Quiz
....... Susanne auch ins Kino? (gehen)
A
Gehe
B
Gehst
C
Geht
D
Gehen
Slide 28 - Quiz
Wat gebeurt er als de stam van een zwak werkwoord eindigt op een s-klank? (s,ß,z,x)
Slide 29 - Open question
Er ... (grüßen) mich.
A
grüßt
B
grüßst
C
grüßet
D
grüßzt
Slide 30 - Quiz
Du ... (tanzen)
A
tanzet
B
tanzst
C
tanzen
D
tanzt
Slide 31 - Quiz
Wat gebeurt er als de stam van een werkwoord eindigt op een
-t of een -d? (VWO vraag!)
Slide 32 - Open question
Du ... (antworten)(vwo)
A
antwortet
B
antwortest
C
antwortst
D
antworten
Slide 33 - Quiz
Er ... (finden) den Weg nicht.(vwo)
A
findt
B
finden
C
findest
D
findet
Slide 34 - Quiz
Sophie & Sophie ... (reiten)(vwo)
A
reitest
B
reitet
C
reiten
D
reit
Slide 35 - Quiz
Du...... (reisen) gerne mit der Bahn.
A
reisst
B
reisest
C
reist
D
reise
Slide 36 - Quiz
Ich ... schon viel zu lange!
A
warte
B
wartest
C
warten
D
wartet
Slide 37 - Quiz
More lessons like this
Zwakke werkwoorden
January 2023
- Lesson with
29 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Zwakke werkwoorden
March 2023
- Lesson with
35 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
DHA1A K4 Tiere Grammatik A
16 days ago
- Lesson with
37 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
werkwoorden met stam op -s -d of -t in de tegenwoordige tijd deel 2
April 2022
- Lesson with
17 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo
Leerjaar 1
Zwakke werkwoorden
October 2024
- Lesson with
34 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Zwakke werkwoorden theorie + oefeningen
September 2020
- Lesson with
29 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Les 31
December 2023
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
werkwoorden met stam op -s -d of -t in de tegenwoordige tijd deel 4
April 2022
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo
Leerjaar 1