Denken, delen en uitwisselen
1. de leraar stelt één of meerdere vragen aan de gehele groep.
2. de leerlingen krijgen een paar minuten de tijd om in stilte over het antwoord na te denken (denken).
3. de leerlingen bespreken met elkaar de antwoorden (delen) en formuleren een gezamenlijk antwoord. Zet dat op je wisbordje.
4. de leraar vraagt aan één van de leerlingen uit het groepje om hun antwoorden met de klas te delen (uitwisselen).