2hv 3 en 5 februari

• Spaans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Comprobar los deberes

Neem je werkboek voor je op bladzijde 42 opdracht 4 en kijk mee in de Teams-meeting.

Comprobar los deberes

Kijk de overige opdrachten zelfstandig na. De antwoorden staan in Classroom. 
Unidad 4 -> H4: planning weektaak, aantekeningen -> Clave unidad 4 GJ 1

¿Cómo se dice en español?
Ik voetbal iedere week.

1. Juego al fútbol todos los fines de semana.
2. Juego al fútbol todos los días.
3. Juego al fútbol todas las semanas.
4. Juego al fútbol dos veces por semana.

1. Is de volgende zin juist?
Estudio todos las semanas.

2. Waarom wel/niet?
3. Wat moet het dan wel zijn?

¿Cómo se dice en español?
Ik studeer twee uur per dag. (estudiar)

Begin met een hoofdletter, eindig met een .

En español: ¿Qué haces tú?
Kies uit een van de volgende werkwoorden + VERVOEG deze:
estudiar - escuchar música - dibujar - chatear - bailar

En español: ¿Qué haces tú y con qué frecuencia?

1. Kies uit een van de volgende werkwoorden + VERVOEG deze:
estudiar - escuchar música - dibujar - chatear - bailar

+ 2. Geef aan hoe vaak je dit doet (woordenlijst)

Kijk naar opdracht 2A
Wat doe jij ook? Hoe vaak?
Antwoord in het Spaans