Chapter 4 lesson 4: th1k - Grammar Articles - 10 maart 2022

1 / 11
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Today's Lesson
Goal: I know when to use which article.
  • Presentaties
  • Homework check
  • Login: Starter
  • Grammar: Articles notes
  • Hand-Out: Articles

Slide 2 - Slide

Presentaties


Sem Beemsterboer - Loch Ness
Nick - Loch Ness
Jeykrel - Loch Ness

Slide 3 - Slide

Homework

Stepping Stones: B book
p. 26
Assignment 28 and 29
p. 27
Assignment 30

Slide 4 - Slide

1. What are articles? 2. Can you name them? 3. And what do we use them for in English?

Slide 5 - Open question

Articles
Articles = lidwoorden

In het Engels zijn er 3 soorten lidwoorden dan zijn
- the
- a
- an

the gebruik je als je het hebt over een specifieke persoon/dier of een specifiek ding

For example:
The book is on the table
The president gave a speech

Slide 6 - Slide

Articles
In sommige gevallen laten we the weg als we het hebben over algemenen dingen of wanneer we een gebouw of plaats voor een specifiek doeleinde gebruiken.

For example
I am in prison. (specifiek doel: jij moet je tijd uitzitten, daarom gebruik je geen the voor prison)
I am at school. (specifiek doel: je bent daar een leerling)

I am at the prison. (Geen specifiek doel: je bent op visite)
I am at the school. (Geen specifiek doel: je bent op visite)

Slide 7 - Slide

Articles
De lidwoorden a en an worden gebruik voor personen/dieren en dingen in het algemeen.

Je gebruikt an voor woorden die beginnen met een klinker geluid (a,e, i, o, u)

For example:
We live in an apartment.
We moved into an old cottage.
It took us an hour to find it.

Slide 8 - Slide

Articles
Je gebruikt het lidwoord a voor woorden die beginnen met een medeklinker geluid


For example:
- This is a nice neighbourhood.
- It looks like a palace.
- She’s wearing a uniform.

Slide 9 - Slide

Articles
Sommige woorden beginnen met een klinker, maar je hoort een medeklinker. Zoals het woord:

university (`joeniversity'):

There's a university around the corner.
He wears a uniform to school.

Sommige woorden beginnen met een medeklinker, maar je hoort een klinker, zoals:
hour (‘our’):

It will take about an hour.
He has an MP3 player.

Slide 10 - Slide

Hand-Out

Articles

Slide 11 - Slide