Quiz Toetsweek 1
1 / 29
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat betekent Homo Sapiens
A
De rechtopstaande mens
B
De jagende mens
C
De lopende mens
D
De denkende mens
Slide 2 - Quiz
De bronnen op de afbeelding van ongeschreven bronnen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 3 - Quiz
Bronnen uit de prehistorie zijn alleen ongeschreven bronnen
A
waar
B
niet waar
Slide 4 - Quiz
Wat is een jaartelling?
A
De manier waarop mensen schrijven.
B
De manier waarop mensen jaren tellen.
C
De manier waarop mensen periodes tellen.
D
De manier waarop mensen sporen zoeken.
Slide 5 - Quiz
Waar of niet waar? Er bestaat maar 1 jaartelling: De christelijke jaartelling
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Tekst
1
2
3
4
5
Prehistorie
Middeleeuwen
Oudheid
Vroeg-Moderne Tijd
Moderne Tijd
Slide 7 - Drag question
Tijdlijn
De oudheid
De vroege middeleeuwen
Prehistorie
De late middeleeuwen
Slide 8 - Drag question
Wat is een jager-verzamelaar?
A
Woont op een vaste plek, haalt eten van het land.
B
Woont op één plek en haalt eten uit de natuur.
C
Woont niet op een vaste plek, haalt eten van het land.
D
Woont niet op een vaste plek, haalt eten uit de natuur.
Slide 9 - Quiz
Boer of jager-
verzamelaar?
verzamelaar?
A
Boer
B
Jagers-verzamelaar
Slide 10 - Quiz
De eerste boeren
A
waren nomaden
B
woonden op een vaste plek
Slide 11 - Quiz
6. Wat was een oorzaak van de uitvinding van de landbouw?
A
Het werd kouder.
B
Het werd warmer.
C
Mensen gingen in dorpen wonen.
D
Nieuwe uitvindingen.
Slide 12 - Quiz
8. Wat is een gevolg van de uitvinding van de landbouw?
A
Bevolkingsgroei
B
Het einde van de ijstijd.
C
Er is minder voedsel
D
Er kwamen minder mensen.
Slide 13 - Quiz
Wat zijn proletariërs?
A
Arme Romeinen
B
Slaven
C
Romeinen zonder bezit
D
Rijke Romeinen
Slide 14 - Quiz
Hoe heette het centrum van een Romeinse stad?
A
Theater
B
Amfitheater
C
Forum
D
Thermen
Slide 15 - Quiz
Wat is de limes?
A
De grens van het Romeinse rijk.
B
De leider van de Batavieren.
C
Een natuurlijk grens.
D
Een muur in Schotland
Slide 16 - Quiz
Sleep naar de juiste plaats - Romeinse stad
Tempel
Forum
Amfitheater
Slide 17 - Drag question
Wat waren gladiatoren?
A
Senatoren, bestuurders
B
Legeraanvoerders
C
Slaven die moesten vechten voor vermaak
D
Voorlopers van huidige circusartiesten
Slide 18 - Quiz
Hiernaast zie je een domein. Wie was de baas van een domein?
A
Een horige
B
Een vrije boer
C
Een landheer
D
de burgemeester
Slide 19 - Quiz
In de Middeleeuwen werden er veel domeinen gebouwd. Wat was een domein?
A
Een heel groot kasteel waar een oud-Romeinse generaal de baas was
B
Een middeleeuws cidatel
C
Een versterkte boerderij waar de heer de baas was
D
Dit waren grote torens, net als de Domtoren in Utrecht
Slide 20 - Quiz
Krijgen bescherming van de heer
Het systeem van heren en horigen op een domein
vaak gemaakt van steen
de eigenaar van een domein
de grond en boerderijen van de heer
het domein
het hofstelsel
Het huis van de heer
de heer
horigen
Slide 21 - Drag question
Standenmaatschappij
boeren & burgers
adel
geestelijken
Slide 22 - Drag question
Ambacht of geen ambacht?
Handelaar
Handelaar
A
Ambacht
B
Geen ambacht
Slide 23 - Quiz
Ambacht of geen ambacht?
Schoenmaker
Schoenmaker
A
Ambacht
B
Geen ambacht
Slide 24 - Quiz
Ambacht of geen ambacht?
Zilversmid
Zilversmid
A
Ambacht
B
Geen ambacht
Slide 25 - Quiz
Ambacht of geen ambacht?
Bakker
Bakker
A
Ambacht
B
Geen ambacht
Slide 26 - Quiz
Ambacht of geen ambacht?
Boer
Boer
A
Ambacht
B
Geen ambacht
Slide 27 - Quiz
Wie zijn de derde stand?
A
Adel
B
Boeren
C
Burgers
D
Geestelijkheid
Slide 28 - Quiz
Wat is een gilde?
A
Betalingssysteem
B
Middeleeuws zeeschip
C
Het hoogste bestuur van een stad
D
Beroepsvereniging in een stad
