keuken december 2022

1. Hé Hallo
2. Hoe gaat het?
3 Waar woon je nu ?
4.Woon je in een huis?
5.Hoeveel slaapkamers  hebben jullie?
6. Geen tuin?
7. Tot ziens
He hai! 
Het gaat goed.  Ik ben verhuisd
Ik woon in Hoogeveen
Nee, in een flat
Wij hebben drie slaapkamers

Nee , wel een balkon
Tot ziens
1 / 36
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, tLeerjaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

1. Hé Hallo
2. Hoe gaat het?
3 Waar woon je nu ?
4.Woon je in een huis?
5.Hoeveel slaapkamers  hebben jullie?
6. Geen tuin?
7. Tot ziens
He hai! 
Het gaat goed.  Ik ben verhuisd
Ik woon in Hoogeveen
Nee, in een flat
Wij hebben drie slaapkamers

Nee , wel een balkon
Tot ziens

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

het aanrecht
het fornuis

Slide 3 - Slide

de lift
de zolder

Slide 4 - Slide

af-zuig-kap
de afzuigkap
de magnetron

Slide 5 - Slide

strijken           de strijkplank
het  strijkijzer

Slide 6 - Slide

vies-schoon
scheef - recht

Slide 7 - Slide

de fluitketel
de steelpan

Slide 8 - Slide

de afzuigkap
het vergiet

Slide 9 - Slide

de mixer
de braadpan

Slide 10 - Slide

de flat
de verdieping

Slide 11 - Slide

het appartement
het vloerkleed

Slide 12 - Slide

de stad
de steden
het dorp
de dorpen

Slide 13 - Slide

de bank
Wij hebben een driezits bank 
de boerderij
Mijn opa woont in een boerderij.

Slide 14 - Slide

de salontafel
Wij kopen een nieuwe salontafel.
de radio
De radio staat te hard

Slide 15 - Slide


Slide 16 - Open question

  1. Met een sleutel doe je de deur op slot. 
  2. Met de trap kan je naar boven. 
  3. Op het bed ligt een kussen. 
  4. De schoorsteen staat op het dak. 
  5. Het tapijt ligt op het plafond. 
  6. De auto staat in de huiskamer. 
  7. De schilder werkt met verf. 
  8. Water komt uit de kraan. 
  9. In de slaapkamer staat een boom.
  10. Voor het raam hangen gordijnen.
11.Het kussen ligt in de koelkast.
12.In de keuken is een aanrecht. 
13.Gras groeit in de tuin. 
14.In de badkamer is een douche. 
15. Het fornuis staat in de badkamer. 

Slide 17 - Slide

zinnen maken met voorzetsels
de jas  
hangt
aan de kapstok
het bed
staat
in de slaapkamer
het speelgoed
zit
in de speelgoedkist
de stoel
staat
onder de tafel
nu jij!

Slide 18 - Slide

zinnen maken met ZiS
waar staat ..... ?
in
op
onder
naast
voor
achter
tussen

Slide 19 - Slide

zinnen maken met ZiS
waar staat ..... ?
in
op
onder
naast
voor
achter
tussen

Slide 20 - Slide

zinnen maken met ZiS
waar staat ..... ?
in
op
onder
naast
voor
achter
tussen

Slide 21 - Slide

niet mooi maar
A
raar
B
lelijk
C
groot
D
boos

Slide 22 - Quiz

schoonmaken
A
zij maak schoon
B
zij schoon maakt
C
zij schoonmaken
D
zij maakt schoon

Slide 23 - Quiz


A
de doek
B
de emmer
C
de bezem
D
de bazam

Slide 24 - Quiz


A
streikeizer
B
strijkeizer
C
strijkijzer
D
strijkijser

Slide 25 - Quiz


A
de deur
B
de muur
C
het kozijn
D
de kijzon

Slide 26 - Quiz

Wat is dit?
A
een beslagkom
B
een pan
C
een bolzeef
D
een vergiet

Slide 27 - Quiz


de toren is....
A
recht
B
klein
C
schaaf
D
scheef

Slide 28 - Quiz


A
de doek
B
de emmer
C
de bezem
D
de bazam

Slide 29 - Quiz


Slide 30 - Open question


Slide 31 - Open question

Hoelaat is het?

A
Half twee
B
Half 1
C
half 12
D
Half 4

Slide 32 - Quiz

zinnen maken 
wonen -woon               
kopen -koop
verhuizen- verhuis
zitten - zit
lopen - loop
opruimen - ruim op
schoonmaken  -maak schoon

Slide 33 - Slide

vraagwoorden
Wie is dat? 
Dat is Jan.
Wat is dat?
Dat is een stoel
Waar is dat? 
In Hoogeveen


Hoe ga je naar school
Hoelang woon je in Nederland?
Wanneer is dat?
Dat is morgen.
Waarom doe je dat?
Ik ben boos 
Welke kleur is dat?
Rood
Hoe ga je naar school?
op de fiets.
Hoelang woon je in Nederland?
twee maanden

Slide 34 - Slide

maak 5 vragen 
Wie
Wat     Waar 
   Hoelang
Hoe      Welke 
Wanneer

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video