This lesson contains 11 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
Religie en geweld
MENS EN RELIGIE / V5
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Wat gaan we doen vandaag?
Terugblik
Karen Armstrong
Paul Cliteur
Wil van den Bercken
Toetsvorm en -inhoud
Afronding
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Terugblik
Drie visies op de relatie tussen religie en geweld
Slide 3 - Slide
This item has no instructions
Is er een goed of fout tussen de drie visies op religie en geweld als je hiertussen moet kiezen?
Ja, de ene visie is beter dan de andere!
Nee, alle visies zijn even goed.
Slide 4 - Poll
This item has no instructions
Karen Armstrong
Religie is niet de oorzaak (of: bron) van geweld.
De kern van religie is juist het zoeken naar een rechtvaardige samenleving (m.n. christendom en islam) of het zorgen voor de natuurlijke omgeving (oosterse religies).
De relatie tussen religie en geweld is daarom een gevolg van (volledige) integratie van religie en samenleving; belangen en identiteit zijn (volledig) met elkaar verweven.
Slide 5 - Slide
Een samenleving biedt bescherming op verschillende manieren. Bijvoorbeeld financieel. Door een deel van je inkomsten in te leveren, kunnen anderen zonder inkomen toch een relatief goed leven leiden. Wanneer deze bescherming dreigt te verdwijnen, komt (een deel van) de samenleving in opstand. Dit kan leiden tot geweld. De opstandelingen zoeken naar een gemeenschappelijke identiteit (denk aan: binaire-tegenstellingen), waarmee zij duidelijk kunnen maken wie zij zelf zijn ten opzichte van de anderen. Religie is vaak zo'n identiteitskenmerk.
Paul Cliteur
Religie kan de oorzaak zijn van geweld. Sterker nog: geweld kan om de volgende redenen gelegitimeerd worden door religie:
Morele heteronomie
Martelaarschap
Duaal burgerschap
Antimodernisme
Er wordt voor jouw bepaald wat goed is of niet (heteronomie i.t.t. autonomie). Als de gemeenschap (in dit geval: de religie) bepaalt wat goed is, dan volg je deze moraal. Je stelt dus niet de vraag "Wat vind ík dat ík moet doen?", maar je stelt de vraag "Wat hóór ik te doen?".
Voor een God ben je bereidwilliger om te sterven, want in de hemel wacht een beloning. Geweld is in dit geval geen foute handeling in de ogen van God, maar het tegendeel: je handelt vanuit de overtuiging dat God jouw handelen goedkeurt en zelfs zal belonen.
De realiteit van deze wereld komt niet overeen met de verwachting van het hemelse ideaalbeeld. Tegelijkertijd wordt van jou, als religieus mens, verwacht dat je iets van dat hemelse ideaalbeeld in deze wereld laat zien. Denk bij de islam bijvoorbeeld aan het invoeren van de Sharia. En ook christenen, die bijvoorbeeld geweld gebruiken tegen abortusartsen, zijn hier een voorbeeld van.
Verzet tegen het vrije denken van de autonome mens. Denk hierbij bijvoorbeeld aan geweld dat gericht is tegen seksuele vrijheden.
Slide 6 - Slide
Paul Cliteur is stelliger in zijn uitspraak over de relatie tussen beide dan Armstrong. Waar zij veronderstelt dat religie niet de oorzaak is van geweld, laat Cliteur hiervoor wel ruimte. Religie legitimeert geweld zelfs.
Wil van de Bercken
Religie en geweld hebben geenintrinsieke relatie.
De relatie tussen beide is vooral een tegenstrijdige relatie: in het Nieuwe Testament roept Jezus op tot het liefhebben van je vijand.
Slide 7 - Slide
Wil van den Berckens visie komt overeen met die van Karen Armstrong, alleen is hij wat stelliger in zijn bewoording. Hij spreekt van een tegenstrijdige relatie op basis van de geloofsinhoud, maar hij verklaart niet waarom het geloof alsnog een rol speelt in geweld.
Slide 8 - Slide
This item has no instructions
Toetsvorm en -inhoud (1)
Hoe ziet de toets (o.b.v.) eruit?
Schrijfopdracht(en) n.a.v. een tekst (of meerdere teksten)