Begrippen
Voedingsstoffen = Belangrijkste bestanddelen van voedingsmiddelen. Worden opgenomen in het bloed.
Vertering = het afbreken van voedingsstoffen die niet door de darmwand heen kunnen.
Verteringssappen = Bevatten enzymen (eiwitten) zorgen dat de vertering sneller verloopt.
Verteringsklieren = maken verteringssappen.
Darmperistaltiek = de beweging die darmen maken om de voedselbrij door de darmen heen te duwen.
Voedingsvezels = onverteerbare voedselresten die de darmen prikkelen en helpen met de darmperistaltiek.