Week 15
- Oefenexamen 1 | blz 63 t/m 85
- Aanvullende opdracht naar keuze
Week 16
- Voorbeeldexamen vwo Nederland | blz 151 t/m 163
- aanvullende opdracht naar keuze
Week 17
- afronding alle opdrachten en laatste vragen & tips
This lesson contains 15 slides, with text slides and 4 videos.
Week 15
- Oefenexamen 1 | blz 63 t/m 85
- Aanvullende opdracht naar keuze
Week 16
- Voorbeeldexamen vwo Nederland | blz 151 t/m 163
- aanvullende opdracht naar keuze
Week 17
- afronding alle opdrachten en laatste vragen & tips
- Markeer kernbegrippen in de vraag en kijk of er staat in welk deel van de tekst het antwoord moet staan en of er een maximum aantal woorden gegeven wordt- let op aanwijzingen!
- Herhaal de vraag altijd in je antwoord bij een open vraag, dit herhalen telt niet mee in het aantal woorden.
- Voorkom het gebruik van vage termen als 'iets, het, daar, hij' enzovoort, benoem concreet wie of wat je bedoelt.
- Blijf zo dicht mogelijk bij de tekst.
- Schrijf duidelijk en let goed op je spelling en zinsbouw.
- Let op het aantal punten dat je kunt verdienen
- Schrijf je antwoord op een meerkeuzevraag met een hoofdletter.
- Lees de vraag nog een keer en controleer je antwoord. Noteer ook het aantal woorden.
Op de volgende pagina's vind je vier verschillende aanvullende opdrachten, opdracht A t/m D.
Lees deze opdrachten en bepaal welke opdracht past bij jou leerstijl en leerdoel; welke opdracht bereidt jou het beste voor op je examen?
A. Maak de oefenexamens 2 t/m 4 uit je examenbundel op blz 86 t/m 141.
Variant: Check op de volgende pagina welk onderwerp van de examens je lastig vindt. Zoek in de oefenexamens en de oude examens naar vragen die over dit onderwerp gaan. Maak alleen deze vragen.
B Kies een (actueel) onderwerp dat je interesseert, maar waar je nog niet zo veel over weet.
Formuleer drie vragen over dit onderwerp - waar ben je nieuwsgierig naar? Ga op zoek naar (tekst)bronnen die je antwoord kunnen geven op je vragen.
Bedenk of dit kranten zijn, of juist instanties of onderzoeksbureaus.
Zorg voor drie interessante vragen en goedgeformuleerde antwoorden!
Verdiep je in de discussie over het eindexamen Nederlands en lees de volgende bronnen:
Vat elke bron in één zin samen. Noteer minimaal twee verschillen en twee overeenkomsten tussen de verschillende teksten. Je mag hierbij zelf kiezen welke teksten je met elkaar vergelijkt.
Oefen met losse onderdelen van het examen die je lastig vindt.
Lees de theorie via de onderstaande website en kies voor jou relevante oefeningen uit de oefeningen die onderaan de site staan.