– is niet de genezing van de patiënt het doel, maar een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven, waardoor het ziekteverloop mogelijk positief beïnvloed kan worden;
– is de dood een normaal, natuurlijk proces, dat niet vertraagd of versneld wordt;
– is er aandacht voor lichamelijke én psychische klachten;
– worden de psychologische en spirituele aspecten in de zorg geïntegreerd benaderd;
– is er emotionele ondersteuning voor de patiënt en zijn naasten om zo actief mogelijk te leven;
– is er emotionele ondersteuning voor de naasten om te leren omgaan met de ziekte van de patiënt en met eigen rouwgevoelens;
– wordt, indien nodig, vanuit een team zorgverleners gewerkt, zodat aan alle noden van patiënten en naasten tegemoet kan worden gekomen, indien nodig ook na het overlijden van de patiënt (ondersteuning bij verliesverwerking);