NB 2e kamer verkiezingen

• NT2
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

Verkiezingen

Kiezen welke mensen de baas gaan worden.

Stemmen

Kiezen

Inwoner

Iemand die ergens woont

Bepalen

Beslissen

De politieke partij

Een groep mensen met dezelfde plannen. 

Macht hebben

Belangrijk zijn

Campagne voeren

Reclame maken voor iets wat je graag wil

Het volk

Een groep mensen die samen in een land wonen

https:

Het programma

De plannen

Lijsttrekker

Iemand die bovenaan de namenlijst van een partij staat bij verkiezingen

de Kandidaat

Iemand die ergens aan mee doet

Bij voorkeur

Het liefst

Het standpunt

 Mening

Vertegenwoordigen

In plaats van iemand aanwezig zijn

Democratie

1. De koning is de baas
2. Het volk/inwoners zijn de baas
3. Minister president is de baas
4. Dieren zijn de baas

Stemmen

1. Kiezen
2. Denken
3. Lopen
4. Rennen

Politieke partij

1. Een groep mensen met dezelfde plannen/ideeën
2. Een groep mensen die dansen
3. Een groep mensen hardlopen
4. De politie

Lijsttrekker

1. De koning
2. Iemand die boer is
3. Iemand die onderaan de lijst staat
4. Iemand die bovenaan de lijst staat

Standpunt

1. Mening
2. Roepen
3. Staan
4. Denken

Voorkeur

1. Iets wat je niet leuk vindt
2. Iets wat je graag wilt

Reclame maken voor wat je graag wil

1. Reclame voeren
2. Aanprijzen
3. Campagne voeren
4. Kijken naar reclame