blok 3 - les 1

1 / 24
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

  • parler - te présenter
  • une chanson
  • l'heure
Le but: à la fin de ce cours:
  • heb ik geoefend met spreken in het Frans
  • heb ik nieuwe woorden geleerd 
  • kan ik beter de kloktijden begrijpen in het Frans.

Slide 2 - Slide

5 questions en 20 secondes

Tu t'appelles comment?
Quel âge as-tu?
Comment tu vas?
Tu as des frères et soeurs?
Tu vis/habites où?

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

5 questions 20 secondes français nelly

Slide 5 - Slide

5 questions en 20 secondes
Quel est ton film préféré?
Quel sport pratiques-tu?
À quelle heure tu te réveilles le matin?
C'est quand ton anniversaire?
Quel est ton plat favori?
- Schrijf het eerst voor jezelf op
- Overleg de antwoorden met je buurmens
- wat is het mooiste antwoord?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Mentissa - Et bam
Mon coeur bat pour .....

Mon coeur bat pour ......

Slide 8 - Slide

Mentissa - Et bam
B. Retrouve les six mots non entendus - encercle!

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Mentissa - Et bam
C. Tu connais la traduction de ces mots? Tu peux trouver un autre mot?

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Mentissa - Et bam
D. Regarde le clip. Compare le début à la fin.


Slide 13 - Slide

E.
Et ton ❤️? Bat-il fort pour cette chanson?

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Kloktijden

Slide 16 - Slide

Il est midi.
A
Het is middag.
B
Het is 12 uur 's middags.
C
Het is tijd.
D
Het is 12 uur 's nachts.

Slide 17 - Quiz

Il est cinq heures et demie.
A
Het is half 5.
B
Het is 5 uur.
C
Het is kwart over 5.
D
Het is half 6.

Slide 18 - Quiz

Il est trois heures moins 20.
A
Het is 20 over drie.
B
Het is tien voor half 4.
C
Het is 10 over half 3.
D
Het is tien over half 4.

Slide 19 - Quiz

Welke tijd is het vroegst?
A
sept heures dix
B
sept heures moins cinq
C
sept heures vingt
D
sept heures

Slide 20 - Quiz

Zet de tijden van vroeg naar laat:
(sleep blauw over rood)
deux heures moins dix
deux heures vingt
deux heures moins le quart
deux heures et demie
deux heures cinq

Slide 21 - Drag question

Welke tijd is correct gespeld?
A
Il est trois heure et demie.
B
Il est trois heures et demi.
C
Il est trois heures et demie.
D
Il est trois heurs et demie.

Slide 22 - Quiz

Extra oefening kloktijden
Kijk op classroom!


Slide 23 - Slide

au revoir! 

Slide 24 - Slide