This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 4
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4.
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting
Slide 1 - Slide
1. Lesopening
Pak je boek van Nederlands met je schrift, laat het boek nog even dicht.
Slide 2 - Slide
2. Leergebiedoverstijgende doelen
Zelfstandig leren
- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
Als er staat leg je antwoord uit, doe je dat.
Slide 3 - Slide
Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie.
???
- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag.
???
- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten.
???
Slide 4 - Slide
3. Lesdoel
Aan het eind van deze les;
- Kun je de kernzin in een alinea aanwijzen
- Kun je een samenvatting maken
- Kun je de gedachte van een tekst benoemen
Slide 5 - Slide
Verdiept arrangement:
Namen lln.
Huiswerk noteren + maken:
Les: 4.13
blz.: 178 + 179
opdr.: 4 t/m 6
Slide 6 - Slide
Mini-check
Quiz mee.
Slide 7 - Slide
De hoofdgedachte van een tekst is
(het beste antwoord geven)
A
de conclusie van een tekst in een zin.
B
de samenvatting van de tekst in een zin.
C
een concluderend tekstverband.
D
de samenvatting van het onderwerp + de hoofdzaken erover in een zin.
Slide 8 - Quiz
De kernzin van een alinea vind je in
(het beste antwoord geven)
A
de eerste zin van een alinea.
B
in de eerste of in de tweede zin van een alinea.
C
de eerste zin, tweede of laatste zin van een alinea.
D
een van de alinea's die bij een deelonderwerp horen.
Slide 9 - Quiz
De opbouw van een alinea bestaat uit
A
een kernzin met een toelichting en/of voorbeelden
B
allemaal belangrijke zinnen
C
een onderwerp en een hoofdgedachte
D
een uitspraak met een tekstverband
Slide 10 - Quiz
Wie maakt wat:
3 vragen goed? Ga zelfstandig aan de slag:
les 4.13 blz. 178 t/m 179 opdr. 4 t/m 6
De rest doet mee met de instructie.
Slide 11 - Slide
4. Instructie
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Lees en maak les 4.13 blz. 178 t/m 179 opdr. 4 t/m 6
Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
namen lln... kom aan de instructietafel zitten.
Niels; laptop pakken om voorleesfunctie te krijgen.
Slide 14 - Slide
6. Zelfstandig werken
Je leest en maakt zelfstandig, in stilte:
V: les 4.13 blz. 178 t/m 179 opdr. 4 t/m 6 --> namen lln
B/I: les 4.13 blz. 178 t/m 179 opdr. 4 t/m 6 --> rest van de klas
Ben je klaar?
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig.
2. Huiswerk ander vak afmaken.
3. Leren toets / lezen / woordzoeker.
timer
38:00
Slide 15 - Slide
7. Evaluatie
- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.