klas 2B woensdag 1 februari 2023

1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welkom bij Nederlands!
- ga rustig zitten
- leg je Nederlandse boek, schrift en etui klaar  
- 10 minuten lezen


timer
10:00

Slide 2 - Slide

planning
- Voorleesverhaal uit Er was eens
- herhaling: grammatica H4: 
het meewerkend voorwerp,
verder aan de opdrachten









Slide 3 - Slide

herhaling grammatica
Hoe vind je ow, pv, gez, lv en mw?

Slide 4 - Slide

meewerkend voorwerp

Irma      geeft    het cadeau   aan   Rachel
Wie geeft = Irma = (degene die iets doet) = ?
Wat geeft Irma = het cadeau = (datgene wat gegeven wordt) =?
Aan wie geeft Irma = Rachel (de ontvanger!) =?


Slide 5 - Slide

opdracht:
- Wat: ow, pv, gez, lv en mv
Benoem de zinsdelen van de voorbeeldzinnen.
Bv: ik pak mijn boek
Bv: ik geef het boek aan Chantal
Verzin daarna zelf twee zinnen, waarin in de ene zin wel het mv voorkomt en in de andere zin niet. 


timer
10:00

Slide 6 - Slide

Samen nakijken
- Wat: opdracht 1 en 2
- Zelfstandig verder met opdracht 3 t/m 5
Klaar? Steek je hand op voor  het antwoordenboek.
Maak daarna de opdracht van het werkblad.



timer
10:00

Slide 7 - Slide

Opdracht werkblad
- Wat: werkblad: vind de pv, ond, gez. en mw
- Hoe: zelfstandig
- Hulp: theorie 
- Tijd: binnen werktijd; nog niet af? niet erg! Dan ga je hiermee de volgende les verder!
- Uitkomst: je kunt ond, pv, lv en mw toepassen
- Klaar? Check je antwoord met je buur! 
timer
20:00

Slide 8 - Slide

Extra uitdaging
- Wat: extra opdracht: vind de pv, ond, gez. en mw
in een leesfragment uit het boek  van Anna Woltz
- Hoe: lees de instructie van de opdracht zelfstandig
- Hulp: theorie 
- Tijd: binnen werktijd; nog niet af? niet erg! Dan ga je hiermee de volgende les verder!
- Uitkomst: je kunt ond, pv, lv en mw toepassen
Heb je deze al gemaakt? Pak dan je leesboek!
timer
20:00

Slide 9 - Slide

Wat heb je deze les geleerd?
Irma geeft het cadeau aan Rachel
Wie geeft = Irma = (degene die iets doet) = ?
Wat geeft Irma = het cadeau = (datgene wat gegeven wordt) =?
Aan wie geeft Irma = Rachel (de ontvanger!) =?

Slide 10 - Slide

jeugdjournaal
Kijken en praten over het journaal

Slide 11 - Slide