What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
1T MAANDAG 8 APRIL SPELLING H5 + H6
1T MAANDAG 8 APRIL
QUIZ IN
LESSON UP
OVER SO SPELLING H5.5 + H6.5!
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
1T MAANDAG 8 APRIL
QUIZ IN
LESSON UP
OVER SO SPELLING H5.5 + H6.5!
Slide 1 - Slide
Kies de juiste spelling in de VT.
Ik ........ me altijd met mijn zusje.
A
bemoeite
B
bemoeitte
C
bemoeide
D
bemoeidde
Slide 2 - Quiz
De regel van het kofschip is voor
A
spelling van werkwoorden in VT
B
spelling van werkwoorden in TT
C
spelling van zelfstandige naamwoorden
D
spelling van alle woorden
Slide 3 - Quiz
Wat is 'glimlachend' voor werkwoordsvorm?
A
tegenwoordig deelwoord
B
voltooid deelwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
infinitief
Slide 4 - Quiz
Een ... zegt iets over een zelfstandig naamwoord.
Wat moet er op de puntjes staan?
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Slide 5 - Quiz
Wat is een voorbeeld van een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
grote
B
plastic
C
kleurige
D
koude
Slide 6 - Quiz
Als of dan?
Het is hier anders ... op mijn vorige school.
A
als
B
dan
Slide 7 - Quiz
'gebeurd'
is een
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
Slide 8 - Quiz
Oefenen meervoudsvormen zelfstandige naamwoorden. Welke is fout geschreven ?
A
boeken
B
autos
C
groeven
D
hazen
Slide 9 - Quiz
Welke meervoudsvormen zijn allemaal goed gespeld?
A
Gevechtten, alinea's, gnoes
B
Karaffen, regenwouden, kiwi's
C
Negligées, struikrovers, schietkansen
D
Contacten, jurys, abonneeën
Slide 10 - Quiz
Verkleinwoorden: goed of fout?
kindermenuutje
A
goed
B
fout
Slide 11 - Quiz
Welk woord is niet goed geschreven?
(verkleinwoorden)
A
pateetje
B
tantetje
C
lolly'tje
D
tosti'tje
Slide 12 - Quiz
Hij heeft haar altijd gouden bergen … (beloven), maar nu … (geloven) ze hem niet meer.
A
belooft, gelooft
B
belooft, geloofd
C
beloofd, gelooft
D
beloofd, geloofd
Slide 13 - Quiz
Hoe schrijf je het volgende woord?
A
a3-tje
B
A3-tje
C
A3-tje
D
A3'tje
Slide 14 - Quiz
(Worden) je broer ook zo gek van dat wachten?
A
wort
B
wordt
C
word
D
woord
Slide 15 - Quiz
Hoe schrijf je het volgende woord?
A
ehbo-er
B
EHBO-er
C
EHBO'er
D
ehbo'er
Slide 16 - Quiz
Hij (verhuizen) volgende week naar Borne.
A
verhuizt
B
verhuisdt
C
verhuist
D
verhuisd
Slide 17 - Quiz
De slapende kater was gemakkelijk te fotograferen.
A
onvoltooid deelwoord als BN
B
voltooid deelwoord als BN
Slide 18 - Quiz
Verkleinwoorden: goed of fout?
Jongetje
A
goed
B
fout
Slide 19 - Quiz
Hoe schrijf je het volgende woord?
A
onmiddelijk
B
onmidellijk
C
onmiddellijk
D
onmidelijk
Slide 20 - Quiz
werken aan Gedicht H5.9!
Slide 21 - Slide
More lessons like this
Creatief schrijven & spelling les 8: alle spellingsonderdelen door elkaar
February 2023
- Lesson with
42 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Creatief schrijven & spelling toetsoverzicht
February 2023
- Lesson with
38 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
week 16 2 Mavo Spelling H6 Meervoudsvormen
October 2023
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 2
Creatief schrijven & spelling les 4: meervoud van zelfstandige naamwoorden
February 2023
- Lesson with
48 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Creatief schrijven & spelling les 5: samengestelde woorden
February 2023
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
spelling blok 3 meervoud
November 2023
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Creatief schrijven & spelling les 6: verkleinwoorden
February 2023
- Lesson with
34 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
B1M1 - Het zelfstandige naamwoord (herhaling lagere school)
September 2022
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Secundair onderwijs