6.2 + 6.3

--> vorige les
--> vorige les
--> deze les
Deze les
1 / 24
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

--> vorige les
--> vorige les
--> deze les
Deze les

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Is dit een verhoudingstabel?
aantal meters
12
60
aantal seconden
5
25
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quiz

Wat moet er op de .... staan??
aantal meters
15
150
aantal seconden
6
....
A
60
B
15
C
141

Slide 5 - Quiz

Pim koopt 3 kratten frisdrank. Hij heeft in totaal 36 flessen.  
Hoeveel flessen zitten er in 1 krat? En in 6 kratten? Vul de tabel goed in!
aantal kratten

aantal flessen
timer
1:00
36
3
72
12
1
6

Slide 6 - Drag question

3

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Doel van deze les:

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Kader 3 heeft 76 leerlingen, deze les zijn er 52 leerlingen online. Hoeveel procent van de leerlingen is online? 

Aantal
Procenten
1
//////
52
100
76
68,4
: 76
x 52
: 76
x 52

Slide 12 - Drag question

Een voetbal vereniging had in 2019 175 leden. Een jaar erop is het gedaald naar 150 leden. Met hoeveel procent is het gedaald.

Aantal
Procenten
1
//////
25
100
175
14,3
: 175
x 25
: 175
x 25

Slide 13 - Drag question

Tweede doel van deze les:

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Bij handige percentages als 10%, 20%, 25% en 50% kun je zonder verhoudingstabel rekenen.

Om 50% te berekenen deel je het totale aantal door ...

Om 25% te berekenen deel je het totale aantal door ...

Om 20% te berekenen deel je het totale aantal door ...

Om 10% te berekenen deel je het totale aantal door ...
10
4
2
5

Slide 16 - Drag question

Rekenen met procenten:

Alles is 100%

Altijd eerst naar 1% rekenen

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Rekenen met %
Een broek kost 120 euro. Je krijgt 30% korting. 
Hoeveel moet je dan nog betalen?
...

Slide 19 - Slide

Een broek kost 120 euro. Je krijgt 30% korting.
Hoeveel moet je dan nog betalen?
                                 :100            x30


                                 :100             x30
Dus de broek kost nu:
120- 36 = 84 euro

 aantal euro
120
1,2
36
procenten
100
1
30

Slide 20 - Slide

Een broek kost 120 euro. Je krijgt 30% korting.
Hoeveel moet je dan nog betalen?

120 : 100 = 1,2
1,2 x 30 = 36
Dus de broek kost nu:
120- 36 = 84 euro

Slide 21 - Slide

Je krijgt 15% korting op een TV van 600 euro. Hoeveel korting krijg je?
A
15 euro
B
600 euro
C
niks
D
90 euro

Slide 22 - Quiz

Je krijgt 15% korting op een TV van 600 euro. Hoeveel moet je nu betalen?
A
600 - 90 = 510 euro
B
600 - 15 = 585 euro
C
600 + 90 = 690 euro
D
600 + 15 = 615 euro

Slide 23 - Quiz

Einde uitleg...
En ga actief aan de slag met...
Pak je boek en maak:

6.2 en 6.3
blz 57 t/m 59 + blz 62 t/m 64
Huiswerk voor de volgende les!!!

Slide 24 - Slide