Plichtsethiek

Plichtsethiek
1 / 26
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Plichtsethiek

Slide 1 - Slide

Lesdoel en lesopbouw
Lesdoelen:
  • Kennen: plichtsethiek, Categorisch Imperatief (Immanuel Kant)
  • Kunnen: meedoen met vragen

Lesopbouw:
  1. Herhaling: uitleg ethiek
  2. Uitleg: plichtsethiek + Categorisch Imp.
  3. Video's + toepassing
  4. Zelfstandig video bekijken
  5. Reflectie: wat weten we nu?

Slide 2 - Slide

Korte kennismaking met Kant
Beantwoord deze vragen
  1. Wat maakt dat wij niet volledig bepaald zijn door onze genen en onze omgeving?
  2. Wat betekenen vrijheid en autonomie bij Kant?

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

Korte kennismaking met Kant
Beantwoord deze vragen
  1. Wat maakt dat wij niet volledig bepaald zijn door onze genen en onze omgeving?
    Het geweten: het verhindert dat we de verantwoordelijkheden voor onze daden afschuiven op iets of iemand anders. Wat we doen, beslissen we zelf. We zijn vrij en autonoom.

Slide 5 - Slide

Korte kennismaking met Kant
  1. Wat betekenen vrijheid en autonomie bij Kant?
    Vrijheid betekent niet dat we mogen doen waar we zin in hebben. We zijn verantwoordelijk voor de keuzes die we maken, dat is onze autonomie. Een autonome mens verplicht zichzelf om goed te handelen.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Plichts- en gevolgenethiek p. 86
Tekst lezen
Tekstbegrip:
  1. Wat zijn 2 belangrijke stromingen in de ethiek? Leg uit.
  2. Waarin verschillen de teleologische ethiek en de deontologische ethiek?
  3. Leg de categorische imperatief uit.
  4. Leg de hypothetische imperatief uit.

Slide 8 - Slide

Wat zijn twee belangrijke stromingen in de ethiek?

Slide 9 - Open question

Waarin verschillen de teleologische ethiek en de deontologische ethiek?

Slide 10 - Open question

Leg de categorische imperatief uit.

Slide 11 - Open question

Leg de hypothetische imperatief uit.

Slide 12 - Open question

Onderverdeling in typen ethiek
  • Descriptieve ethiek: beschrijvend, hoe iets feitelijk gaat qua moraal
    Voorbeeld: in België vinden we het goed om de armen te helpen.
  • Normatieve ethiek: voorschrijvend, hoe iets hoort te zijn
    Voorbeeld: moet je arme mensen ook helpen?

- deugdenethiek = teleologische ethiek (stelt een doel voorop)
- plichtsethiek = deontologische ethiek (wordt bepaald door de morele kwaliteit van de handeling)

Slide 13 - Slide

Normatieve ethiek: drie theorieën
  • Normatieve ethiek: voorschrijvend, hoe iets hoort te zijn
  • Drie theorieën: 
  1. Deugdenethiek (Socrates, Plato, Aristoteles) - oudste stroming
  2. Gevolgenethiek (Jeremy Bentham, John Stuart Mill) - volgende les
  3. Plichtsethiek (Immanuel Kant, John Rawls) - jongste stroming, maar invloedrijk!
  • De theorieën zeggen iets over hoe de mens behoort te handelen. 
  • Deugdenethiek richt zich op de persoon die handelingen uitvoert, gevolgen- en plichtsethiek op de handeling zelf.

Slide 14 - Slide

Plichtsethiek
  • De plichtsethiek wordt omschreven als 'deontologische ethiek'. 
  • δέον (déon) is Grieks voor 'plicht' of 'het noodzakelijke'.
  • Het is een normatieve, ethische theorie die stelt dat er bepaalde handelingen zijn die je altijd, ongeacht de gevolgen, moet verrichten (of juist niet moet verrichten). 
  • Er wordt nadruk gelegd op de motivatie/intentie achter je handeling. 
  • Het opent ruimte voor eigen levensprojecten (autonomie), zonder constant bevraagd te worden op het 'grotere goed' van je handeling voor de groep.

Slide 15 - Slide

Immanuel Kant (1724–1804)
  • Immanuel Kant hanteert de Categorische Imperatief om te bepalen welke (intenties achter) handelingen (on)toelaatbaar zijn.
  • Categorisch: onvoorwaardelijk (altijd en overal).
    Imperatief: handelingsgebod. 
  • De gebiedende wijs (of: imperatief) is een werkwoordsvorm die wordt gebruikt in zinnen die een gebod of bevel uitdrukken. In dergelijke zinnen ontbreekt het onderwerp en staat de gebiedende wijs altijd op de eerste plaats:
(1) Hou je mond!     (2) Verdwijn uit mijn ogen!    (3) Wees niet bang!

Slide 16 - Slide

Categorische Imperatief (1)
Als je handelt volgens de categorische imperatief, handel je moreel goed.

Het moreel goede en de goede wil
De intentie van wat je doet, is belangrijker dan de manier waarop je het doet.

Slide 17 - Slide

Categorische Imperatief (1)

Eerste formulering:
"Handel alleen volgens die maxime waarvan je tegelijkertijd kunt willen dat zij een algemene wet wordt."

Maxime: motivatie die ten grondslag ligt aan je handelen

Slide 18 - Slide

Categorische Imperatief (2)
Kants stappenplan om te controleren of een handeling toegestaan (of zelfs goed) is:
  1. Maxime opstellen
  2. Maxime algemeen maken (universaliseren)
  3. Kun je dit als algemene wet zonder tegenspraak denken? 
  4. Kun je dit als algemene wet zonder tegenspraak willen? 

Slide 19 - Slide

Categorische Imperatief: voorbeeld
Kants stappenplan om te controleren of een handeling toegestaan (of zelfs goed) is:
  1. Ik ga van je geld lenen om je later terug te betalen (maar ik kan het helemaal niet terugbetalen) - maxime opstellen
  2. Iedereen leent geld van personen met de belofte het terug te betalen (waarvan ze weten dat ze het eigenlijk niet terug kunnen betalen) - maxime universaliseren
  3. Tegenspraak in het denken? - ja, want het concept 'belofte' stelt niks meer voor, wordt inhoudsloos, kan niet meer gedaan worden

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Wat is volgens Kant verkeerd aan dit handelen?

Slide 22 - Open question

Categorische Imperatief (2)
Tweede formulering:
"Handel zo dat jij het mens-zijn, zowel in eigen persoon als in de persoon van ieder ander, tegelijk als doel, nooit louter als middel gebruikt."


Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

"Handel zo dat jij het mens-zijn, zowel in eigen persoon als in de persoon van ieder ander, tegelijk als doel, nooit louter als middel gebruikt."

Wordt aan deze formulering voldaan met de praktijk van slavernij? Waarom wel/niet?

Slide 25 - Open question

Reflectie: afsluiting
We weten nu dat.. 
  • De plichtsethiek wordt omschreven als 'deontologische ethiek' (déon is Grieks voor 'plicht' of 'het noodzakelijke')
  • Immanuel Kant hanteert de Categorische Imperatief om te bepalen welke (intenties achter) handelingen (on)toelaatbaar zijn. Hij had daar in totaal drie formuleringen voor.
  • In de plichtsethiek is je motivatie/intentie belangrijk.

Slide 26 - Slide