AR MAX 2KGT Unit 2 Lesson 2 (2)

Keep your 
laptop closed
Laat jouw 
laptop dicht
timer
5:00
Welcome to English
1 / 28
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Keep your 
laptop closed
Laat jouw 
laptop dicht
timer
5:00
Welcome to English

Slide 1 - Slide

What do you know at the end of this lesson? 
At the end of this lesson you can....

- Je kunt eenvoudige informatie begrijpen
- Je kunt informatie begrijpen in digitale media

Slide 2 - Slide

What are we doing today?
Wat doen we vandaag?
Uitleg Past Simple/verleden tijd
Opdrachten maken
Woordjes oefenen
Evaluatie
Feedback

Slide 3 - Slide

Past simple

Slide 4 - Slide

Past Simple
Je gebruikt de Past Simple als iets gebeurd is het verleden op een specifiek moment en het nu niet meer zo is.

Wij noemen de Past Simple de Verleden Tijd.


Slide 5 - Slide

Past Simple - Signaalwoorden

In de zin staan vaak een wanneer het gebeurd is.

  • yesterday
  • last week
  • ten minutes ago
  • in 2007
  • this morning

Slide 6 - Slide

 Regelmatige werkwoorden

Achter het werkwoord plaats je 'ed'

I walk -> I walked
it rains-> it rained
they listen-> they listened

Slide 7 - Slide


Wat is de Past Simple van work?
A
works
B
worked
C
working
D
work

Slide 8 - Quiz


Wat is de Past Simple van help?
A
helping
B
helpd
C
helps
D
helped

Slide 9 - Quiz


Wat is de Past Simple van recommend?
A
recommanding
B
recommend
C
recommended
D
recommends

Slide 10 - Quiz

 Spelling Past Simple
Als een werkwoord eindigt op -e, dan komt er in de past simple alleen een -d achter:
I live - I lived
you move - you moved

In de past simple wordt de laatste medeklinker verdubbeld als er één klinker voor staat:
I drop - I dropped
they plan - they planned

Slide 11 - Slide

 Spelling Past Simple
Als een werkwoord eindigt op -y, dan komt er in de past simple een -ied achter:
I carry- I carried
you study- you studied

In de past simple komt er een -ed achter als er een klinker voor staat:
I play - I played

Slide 12 - Slide


Wat is de Past Simple van stay?
A
staid
B
stayed
C
stayid
D
stayied

Slide 13 - Quiz


Wat is de Past Simple van believe?
A
believeed
B
believes
C
believe
D
believed

Slide 14 - Quiz


Wat is de Past Simple van stop?
A
stoped
B
stopied
C
stopped
D
stopd

Slide 15 - Quiz


Wat is de Past Simple van study?
A
studyd
B
studyied
C
studyed
D
studied

Slide 16 - Quiz


Wat is de Past Simple van determine?
A
determined
B
determineed
C
determind
D
determinied

Slide 17 - Quiz


Wat is de Past Simple van shop?
A
shopped
B
shoped
C
shopd
D
shoppd

Slide 18 - Quiz


Wat is de Past Simple van marry?
A
marryd
B
marryed
C
married
D
marryied

Slide 19 - Quiz

Blz. 256 van jouw boek

Slide 20 - Slide


Wat is de Past Simple van become?
A
become
B
becomed
C
became
D
becamed

Slide 21 - Quiz


Wat is de Past Simple van know?
A
knowed
B
known
C
knewed
D
knew

Slide 22 - Quiz


Wat is de Past Simple van think?
A
thought
B
thaught
C
thinked
D
thounk

Slide 23 - Quiz

That's all
Now lets get to work!

Slide 24 - Slide

Let's get to work.
Maak de opdrachten online  --> All right --> Unit 2.2 Listening

Opdracht 6: Zet de werkwoorden in de verleden tijd
Opdracht 7: Maak vragen en ontkennende zinnen in de verleden tijd
Opdracht 8: Vul het ontbrekende woord in
Opdracht 9: Luister en kies waar of niet waar
Opdracht 10: Luister en maak aantekeningen
Opdracht 11: Luister en maak aantekeningen

Klaar ? -->  Begin met de test jezelf.
Het is stil, vragen mag maar steek je hand op

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Link


Hebben wij ons leerdoel behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Heb je nog tips, opmerkingen
of feedback over deze les?

Slide 28 - Mind map