3.5 & 3.6 - De nieren / afweer

Thema 3: De bloedsomloop

Basisstof 5: de nieren
Basisstof 6: afweer



vmbo bk
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Thema 3: De bloedsomloop

Basisstof 5: de nieren
Basisstof 6: afweer



vmbo bk

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Toets inplannen
  • Uitleg basisstof 5 + 6
  • werktijd + huiswerk check
  • kader/mavo check (voor juf)
  • afsluiting. 

Slide 2 - Slide

Leerdoel 3.5
Je kunt de werking van de nieren benoemen.

Slide 3 - Slide

Uitscheiding
Bij de verbranding in cellen ontstaan afvalstoffen. Bij de vertering van voedsel ontstaan ook afvalstoffen. Al deze afvalstoffen komen in je bloed.
Alle afvalstoffen uit het bloed gaan de nieren in. De nieren maken het bloed dan schoon. 

Slide 4 - Slide

Uitscheiding
Als je dan plast gaan alle afvalstoffen uit je lichaam. Dit proces noemen we uitscheiding. 

Slide 5 - Slide

De nieren
Je hebt twee nieren. Ze liggen in de buikholte: één links en één rechts. 
Bloed met veel afvalstoffen stroomt naar de nieren. De nieren halen de afvalstoffen uit het bloed. Het schone bloed stroomt terug naar het hart door de nieraders.

Slide 6 - Slide

Urine
De nieren maken urine, dit is een vloeistof met alle afvalstoffen erin. Via de urineleider gaat de urine naar de urineblaas. Daar wordt de urine een tijdje opgeslagen. Als de urineblaas vol is, moet je plassen. De urine gaat dan uit je lichaam door de urinebuis.

Slide 7 - Slide

Man
vrouw

Slide 8 - Slide

Leerdoel 3.6
  • Je kunt beschrijven hoe je immuun wordt voor een ziekte.
  • Je kunt beschrijven hoe je immuun wordt door een inenting.

Slide 9 - Slide

Ziekteverwekkers
Van sommige bacteriën en virussen kun je ziek worden, dit noemen we ziekteverwekkers. 
Het lichaam houdt deze ziekteverwekkers tegen door:
  1. de huid
  2. slijmvliezen
  3. zoutzuur

Slide 10 - Slide

Infectie
Wanneer een ziekteverwekker toch je lichaam in komt noem je dit een infectie.  Witte bloedcellen maken deze ziekteverwekkers onschadelijk, dat noemen we afweer.

Slide 11 - Slide

Onschadelijk maken van een ziekteverwekker 

Slide 12 - Slide

Antistof
Sommige witte bloedcellen maken antistoffen. Antistoffen plakken vast aan de ziekteverwekker waardoor deze onschadelijk wordt. 

Slide 13 - Slide

antistoffen worden aangemaakt
Antistoffen maken de ziekteverwekker onschadelijk

Slide 14 - Slide

Antistoffen
Een antistof past maar op één ziekteverwekker. Voor verschillende ziekteverwekkers zijn verschillende antistoffen nodig. De witte bloedcellen kunnen veel verschillende antistoffen maken. Vaak wordt je bij een infectie eerst ziek, omdat je lichaam nog geen antistoffen heeft. Zodra deze zijn aangemaakt word je beter!

Slide 15 - Slide

Immuun
Na een tijdje verdwijnen antistoffen uit je lichaam, maar je lichaam onthoudt wel hoe je deze maakt. Mocht dezelfde ziekteverwekker nog een keer in je lichaam komen dan wordt je hierdoor minder snel of niet ziek. Je bent dan immuun voor de ziekte. (natuurlijke immuniteit)

Slide 16 - Slide

Immuniteit
Tegen sommige ziekten krijg je als kind een inenting (een prik).  Bij zo’n inenting of vaccinatie wordt een klein beetje van een ziekteverwekker in je bloed gespoten, je bent daarna immuun.
(kunstmatige immuniteit)

Slide 17 - Slide

Werktijd
  • Opdrachten van 3.5 maken
  • Samenvatting/begrippenlijst maken
  • Verder werken aan 3.6
  • Vragen stellen!!!

Slide 18 - Slide