4BB Opslag, uitscheiding en bescherming BS1+2

Thema 7: Opslag, uitscheiding en bescherming

Basisstof 1: Het inwendig milieu
1 / 31
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Thema 7: Opslag, uitscheiding en bescherming

Basisstof 1: Het inwendig milieu

Slide 1 - Slide

Planning vandaag
20 min: Uitleg basisstof 1 + tussendoor paar opdrachten samen maken
10 min: In stilte werken aan opdr. 2  en test jezelf
20 min: Uitleg basisstof 2, met ook een filmpje
20 min: Zelfstandig of gezamenlijk opdrachten maken
5 min:  Quizje als afsluiting
5 min: Bekijken van PTA



Slide 2 - Slide

Leerdoelen
- Je kunt uitleggen wat het inwendig milieu en uitwendig milieu is en voorbeelden noemen.

- Je kunt benoemen wat uitscheiding is

- Je kunt uitleggen hoe je lichaam zorgt dat je inwendig milieu constant blijft.

Slide 3 - Slide

Inwendig en uitwendig
Inwendig milieu: Bloedplasma (in bloedvaten) en vocht tussen cellen

Uitwendig milieu: Omgeving eromheen

Slide 4 - Slide

Inwendig of uitwendig?
Lucht in de longen?
Inhoud darmkanaal?

OPDRACHT 1 BLADZIJDE 207

Slide 5 - Slide

Constant inwendig milieu
Je lichaam probeert het inwendig milieu hetzelfde te houden (constant)

Alles waar je teveel van krijgt wordt uitgescheiden of opgeslagen

Mag niet in het bloed blijven!

Als je tekort hebt gaat je lichaam de opgeslagen stoffen gebruiken

Slide 6 - Slide

Uitscheiding
Afvalstoffen van het inwendig milieu gaan naar het uitwendig milieu

Bijvoorbeeld: Koolstofdioxide (uitademen)
urine (uitplassen)   en gal (door lever uitgescheiden)

Slide 7 - Slide

Constant inwendig milieu


Zintuigcellen
Zenuwcellen
Hormonen

Helpen allemaal bij regelen van constant inwendig milieu

Slide 8 - Slide

Eilandjes van Langerhans

Produceren hormonen die glucosegehalte in het bloed regelen.

Insuline: glucosegehalte daalt
Glucagon: glucosegehalte stijgt

OPDRACHT 3 BLADZIJDE 209

Slide 9 - Slide

De koolstofdioxide in je bloedplasma bevindt zich in het ... milieu
A
Inwendig milieu
B
Uitwendig milieu

Slide 10 - Quiz

De lucht in je longen wordt bij het ... milieu gerekend.
A
Inwendig milieu
B
Uitwendig milieu

Slide 11 - Quiz

Vul de zin aan: De bomen om je heen horen bij het ... milieu
A
Inwendig
B
Uitwendig

Slide 12 - Quiz

Bij het inwendig milieu horen:
A
Lucht in de longen
B
Weefselvloeistof en bloedplasma
C
Voedselbrij in de darmen

Slide 13 - Quiz

De longen houden het inwendig milieu constant door
A
Opslag
B
Uitscheiding
C
Bescherming
D
Opname

Slide 14 - Quiz

Welke stoffen zitten in je inwendig milieu?
A
glucose in je bloedplasma
B
zuurstof in je longen
C
vitamine in je dikke darm
D
zouten in je urine

Slide 15 - Quiz

Opslag in huid
Uitscheiding via nieren
Opname voedingsstof
Opname zuurstof
Uitscheiding Koolstofdioxide
Opslag in spieren
Uitscheiding via de lever
Opslag in geel beenmerg
Opslag in lever

Slide 16 - Drag question

Aan de slag!

Wat? Maak opdracht 2 en 4 vanaf bladzijde 206.
Hoe? Eerste 10 minuten in stilte. 
Hulp? Hand opsteken, docent komt helpen.
Klaar?  Test jezelf van thema 7, basisstof 1 op het digitale lesmateriaal maken.

timer
10:00

Slide 17 - Slide

Basisstof 2: De lever

Slide 18 - Slide

Doel van de les
Aan het einde van deze les kun je:
  1. Vertellen wat de functies van de lever zijn
  2. Vertellen hoe het glucose gehalte in het bloed contant wordt gehouden.

Slide 19 - Slide

Kijkvragen
Welke functies heeft de lever?
Wat is de functie van gal voor de spijsvertering?
Het meisje (Marije) op de film heeft een auto-immuunziekte.
Hierdoor kreeg ze een leverontsteking. Wat betekent een auto-immuunziekte?
Welke bloedcellen zijn actief in het immuunsysteem en doen hun werk dus ‘te goed’?

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Kijkvragen
Welke functies heeft de lever?
Wat is de functie van gal voor de spijsvertering?
Het meisje (Marije) op de film heeft een auto-immuunziekte.
Hierdoor kreeg ze een leverontsteking. Wat betekent een auto-immuunziekte?
Welke bloedcellen zijn actief in het immuunsysteem en doen hun werk dus ‘te goed’?

Slide 22 - Slide

Lever

Slide 23 - Slide

Bouw van de lever

Slide 24 - Slide

Lever 
bloedvaten
Poortader
Leverader
Leverslagader

Slide 25 - Slide

Andere functies van de lever
  • Afbraak van overtollige eiwitten, er ontstaat ureum (urine)
  • Produceren van gal
  • Afbreken van rode bloedcellen, het ijzer wodt opgeslagen
  • Opslag van mineralen en vitamines
  • Ontgiftigen van het bloed (alcohol, medicijnen, drugs)

Slide 26 - Slide

Wat is GEEN functie van de lever?
A
De lever haalt gifstoffen uit het bloed
B
De lever breekt rode bloedcellen af
C
De lever scheidt ureum af aan de urine
D
In de lever wordt glucose omgezet glycogeen

Slide 27 - Quiz

Wat doet de lever?
A
De lever slaat glucose op
B
De lever breekt bloedplasma af
C
De lever breekt cholesterol af
D
De lever voorziet de darmen van zuurstof

Slide 28 - Quiz

Wat is de functie van dit orgaan in de spijsvertering?
A
Gal verwijderen
B
Gal maken
C
Gal opslaan
D
Gal verteren

Slide 29 - Quiz

Zet de afvalstof bij het  bijbehorende orgaan!
Dikke darm
Huid
Longen
Nieren
CO2
Overig afval in het bloed
Onverteerd voedsel
Zout
Water
Water
Water
Water
Zout

Slide 30 - Drag question

Aan de slag!

Wat? Maak opdracht 5 t/m 8. 
Hoe? Zelfstandig in stilte of gezamenlijk met docent
Hulp? Vraag docent of buren
Klaar?  Test jezelf van thema 7, basisstof 2 op het digitale lesmateriaal maken.

timer
20:00

Slide 31 - Slide