H6:par.2

H6 paragraaf 2: 
Bronnen: Ons klimaat verandert
1 / 40
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

H6 paragraaf 2: 
Bronnen: Ons klimaat verandert

Slide 1 - Slide

Leerdoelen par. 2
  • Je kent de begrippen van deze paragraaf (ook uit het basisboek)
  • Je kan de verschillende bronnen uitleggen
  • Welke veranderingen zijn er in het klimaat van Nederland (temperatuur en neerslag)?
  • Wat zijn mogelijke veranderingen in het toekomstige klimaat van Nederland (KNMI-scenario's)?

Slide 2 - Slide

Wat is het verschil tussen weer en klimaat?

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Slide

Maken
Maak van par. 2: vraag 1

Slide 5 - Slide

Nakijken vraag 1
a Weer is de situatie op één bepaald moment, op een bepaalde plaats. Klimaat is het gemiddelde weer in een bepaald gebied over dertig of veertig jaar.

 
b over het klimaat

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

waterbalans

Slide 9 - Slide

Waterbalans

Slide 10 - Slide

Waterbalans

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

KNMI
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
  • Meteorologie = weerkunde / de studie van het weer
  • Weer = het weer is de gesteldheid/conditie van de atmosfeer op een bepaald moment.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Klimaatscenario's KNMI

Slide 16 - Slide

Maken
Maak van par. 2: vraag 6

Slide 17 - Slide

Vraag 6:

Slide 18 - Slide

Nakijken
Vraag 6:
b 1 door smeltend landijs (geen zee-ijs)
 2 opgewarmd water zet uit
c G/G+ ongeveer 30 tot 70 cm
 W/W+ ongeveer 50 tot 100 cm


Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Welke veranderingen zijn er in het klimaat van Nederland?

Slide 21 - Open question

Wat zijn mogelijke veranderingen in het toekomstige klimaat in Nederland?

Slide 22 - Open question

Maken
Maken van par. 2: vraag 3-4

Slide 23 - Slide

Nakijken
Vraag 3:
a 1 In De Bilt is het KNMI gevestigd.
 2 De Bilt is een gemiddelde plek / ligt centraal in Nederland.
c De gemiddelde jaartemperatuur in De Bilt is toegenomen van ongeveer 8,8 °C in 1900 tot 10,9 °C in 2018.


Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Nakijken
Vraag 4:
a Ja, deze is nu al aan het veranderen.
Belangrijkste veranderingen gevraagd:
b.  1) Het is warmer (meer zomerse dagen, tropische dagen en hittegolven).
 2) Er zijn minder vorst- en ijsdagen.
 3) Er is meer en hevigere neerslag.
 4) De zomers zijn droger.
 5) zomer: toenemend aantal warme dagen
6) winter: afnemend aantal vorstdagen



Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Slide

Hitte
• Hittestress tijdens warme dagen in steden (gevolg = hogere sterfte- en ziektecijfers, minder productiviteit, meer agressie) 


 Effect van een stedelijk warmte-eiland wordt versterkt door verstening van de stad. 

Slide 29 - Slide

Maken
Maken van par. 2: vraag 5

Slide 30 - Slide

Nakijken
Vraag 5:
a ongeveer 2,2 °C
b In de steden is het al warm door het stedelijke warmte-eiland. Door de klimaatverandering wordt het daar nóg warmer.
c Eigen antwoord leerling, bijvoorbeeld:
 1) meer groen (verkoeling, schaduwplekken), bijvoorbeeld bomen in de straten, plantenbakken of speelveldjes
 2) meer water (koeler), bijvoorbeeld waterplassen en kinderbadjes
 3) minder dichte bebouwing, bredere straten (met bomen)



Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Link

Slide 37 - Video

Slide 38 - Video

Slide 39 - Video

Slide 40 - Link