Vergelijkingen

Vergelijkingen
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Vergelijkingen

Slide 1 - Slide

Comparisons

Slide 2 - Slide

Wat zijn de trappen van vergelijking?
De trappen van vergelijking gebruik je om 2 of meer dingen met elkaar te vergelijken.

v.b.
Mijn zus is ouder dan jouw zus.
Dit is het beste boek dat ik ook heb gelezen.

Slide 3 - Slide

Korte woorden - één of twee lettergrepen                 



-er / -est






Small - smaller - smallest

Nice - nicer - nicest

a small car
 a nice car
1

Slide 4 - Slide

Lange woorden - twee of meer lettergrepen gebruik je
more ..............., the most ......................
2

Slide 5 - Slide

De uitzonderingen:

Slide 6 - Slide

                                            hetzelfde/of niet
This car is as nice as that car over there.
This car is not as nice as that car....
 a nice car
as nice as
 a nice car
3

Slide 7 - Slide

bijvoeglijk naamwoord


big
......+er            than     


......+est


 interesting
more     .......  than



the most  .....
1 lettergreep
2 of meer lettergr.
as (not)
interesting
big
as
bigger    than
      the  biggest
more interesting than
the most  interesting

Slide 8 - Slide

much/many    more                       most
little                   less                          least

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Maken : 
opd.6 blz.42
opd.7 blz.43
opd.8 blz.43

Verder met online oefenen:

Slide 12 - Slide