1hv - spelling en formuleren

spelling en formuleren 
h. 4 t/m 6 
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slide and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

spelling en formuleren 
h. 4 t/m 6 

Slide 1 - Slide

De speler ... scoorde, won de wedstrijd

Speler is mannelijk(de), vrouwelijk(de) of onzijdig(het)?
A
onzijdig
B
mannelijk
C
vrouwelijk

Slide 2 - Quiz

De speler ... scoorde won de wedstrijd.

Klik het goed verwijswoord aan.
A
dat
B
dit
C
deze
D
die

Slide 3 - Quiz

Dit product is zo gewild, dat het/hij/ze voorlopig niet te bestellen is.

Wat is het goede verwijswoord?
A
het
B
hij
C
ze
D
het, hij, ze

Slide 4 - Quiz

Deze regering heeft haar/zijn/hun corona-beleid aangepast.

Wat is het juiste verwijswoord?
A
zijn
B
hun
C
haar
D
haar, zijn, hun

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Video

De trappen van vergelijking:
triest-triester-
A
triestst
B
meest triest

Slide 7 - Quiz

Wat is de volgorde van de trappen van vergelijking van lief?
A
lief, liefer, liefst(e)
B
liefst(e), liever, lief
C
lief, liever, liefst(e)
D
liever, lief, liefst(e)

Slide 8 - Quiz

trappen van vergelijking
groot-....-....
A
groter- groost
B
grooter-grootst
C
groterder- grootst
D
groter-grootst

Slide 9 - Quiz

De trappen van vergelijking:
dwaas-dwazer-...
A
dwaasts
B
dwazerst
C
dwaast

Slide 10 - Quiz

Wat is de volgorde van de trappen van vergelijking van veel ?
A
veel, meer, meest(e)
B
meer, minder, meest(e)
C
veel. meest(e), meer
D
veel, meest(e), minst

Slide 11 - Quiz

Ireen Wüst won meer Olympische medailles ... Sven Kramer
A
als
B
dan
C
dans
D
dals

Slide 12 - Quiz

Jasper kan veel beter basketballen ...
A
als mij
B
dan mij
C
als ik
D
dan ik

Slide 13 - Quiz

Schrijf de verleden tijd op van 'ik praat'

Slide 14 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van 'vertellen'? Ik heb ...

Slide 15 - Open question

Gisteravond ... ik een mailtje van mijn neef uit Canada.
A
verwachte
B
verwachtte

Slide 16 - Quiz

Maarten ... aan Aaron een spannend verhaal.
A
vertelt
B
verteld
C
verteldt

Slide 17 - Quiz

Maarten heeft aan Aaron een spannend verhaal ...
A
vertelt
B
verteld
C
verteldt

Slide 18 - Quiz

Wat is juist?
A
Jasper vroeg: 'Job, wil je even helpen?'
B
'Jasper vroeg: Job, wil je even helpen?'
C
Jasper vroeg Job wil je even helpen
D
'Jasper,' vroeg Job, 'wil je even helpen?'

Slide 19 - Quiz