KT1 FPZ Periode 8 week 2 Medicatiebewaking

KT1 FPZ Periode 8 week 2 Medicatiebewaking
1 / 14
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

KT1 FPZ Periode 8 week 2 Medicatiebewaking

Slide 1 - Slide

Een contra indicatie is...
A
een ernstige overdosering
B
reden om een gnm niet te gebruiken.
C
een reactie van 2 gnm op elkaar
D
een ongewenste werking op een gnm

Slide 2 - Quiz

Wat is geen contra indicatie
A
Verstopte neus bij xylometazoline
B
Oxycodon bij zwangerschap
C
Metoprolol bij topsporter
D
Prednisolon bij glaucoom

Slide 3 - Quiz

Wat kan er gebeuren als een diabetes patiënt een bètablokker gebruikt??
A
bloedsuikerspiegel verhogen
B
bloedsuikerspiegel ontregelen
C
hypoglycemie maskeren
D
bloedsuikerspiegel verlagen.

Slide 4 - Quiz

Een patient krijgt prednisolon bij glaucoom.
Wat gebeurt er?
A
niks, er is geen probleem
B
er is een interactie met de oogdruppels
C
er is een contra indicatie
D
er is een intolerantie

Slide 5 - Quiz

Een patient krijgt prednisolon bij glaucoom.
Je informeert de patient...
A
bij wazig zien de arts in te lichten.
B
bij jeuk de arts in te lichten
C
om de arts te vragen iets anders voor te schrijven.
D
om de oogdruppels niet langer dan 1 week te gebruiken.

Slide 6 - Quiz

Diclofenac bij ischemische hartklachten is een...
A
afgeleide contra indicatie
B
relatieve contra indicatie
C
absolute contra indicatie
D
interactie

Slide 7 - Quiz

NSAID's bij ASTMA is een ....
A
afgeleide contra indicatie
B
relatieve contra indicatie
C
absolute contra indicatie
D
algemene indicatie

Slide 8 - Quiz

Jan gebruikt salbutamol. Naar aanleiding van dit geneesmiddel wordt deze patiënt in het apotheeksysteem bewaakt op contra-indicatie ‘astma’. Hoe wordt dit bewakingssignaal genoemd?
A
Relatieve contra-indicatie
B
absolute contra-indicatie
C
afgeleide contra-indicatie
D
afgeleide intolerantie

Slide 9 - Quiz

Een oplossing bij een contra indicatie Ulcus Pepticum kan zijn...
A
een maagbeschermer
B
een ontstekingsremmer
C
een pijnstiller
D
een laxeermiddel

Slide 10 - Quiz

Een overgevoeligheid van penicilline kan zich uit door.
A
hoofdpijn
B
huiduitslag
C
diarree
D
misselijkheid

Slide 11 - Quiz

Een overgevoeligheidsreactie.....
A
Wordt veroorzaakt door allergenen
B
Is een heftige bijwerking
C
Is afhankelijk van bepaalde enzymen
D
Alle 3 de antwoorden zijn goed.

Slide 12 - Quiz

Op een recept staat een lantus (insuline) voorgeschreven. Bij het invoeren in het AIS krijg je een melding met de vraag of het gnm voor diabetes wordt gebruikt.
Wat is dit voor soort melding ?
A
een bijwerking
B
een afgeleiden contra indicatie
C
een contra indicatie
D
een interactie

Slide 13 - Quiz

Een intolerantie is.....
A
de reactie is terug te vinden in het bloed
B
Het is een reactie van immuunsysteem
C
Veroorzaakt door "triggers"
D
Absolute contra-indicatie

Slide 14 - Quiz