W40 FA 2G1 week 6

Bienvenue 2G1
Semaine 40
Du 3 au 7 octobre
Chapitre 1
Grammaire du cinquième

1 / 17
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Bienvenue 2G1
Semaine 40
Du 3 au 7 octobre
Chapitre 1
Grammaire du cinquième

Slide 1 - Slide

Les devoirs
Af: lundi 3 octobre
Faire
Grammaire: ex 12 à 16
Chapitre 1: ex 6,7
Apprendre
Grammaire: p. 2 t/m 4 (t/m bezittelijk vnw.)
Vocabulaire A & B (p. 50)
à = tot en met
Het huiswerk is af voor de eerste les van de week. Het wordt gecontroleerd.



Slide 2 - Slide

La semaine dernière
  • Vous avez fait un quiz.
  • Nous avons eu une visiteuse
  • Nous avons corrigé ex 8 à 11 du grammaire du cinquième.

Slide 3 - Slide

Cette semaine
Cette semaine nous:
  1. corrigeons ex 12 à 16 du grammaire du cinquième.
  2. finissons partie A ex 6, 7
  3. commençons avec partie B

Slide 4 - Slide

Cette semaine
À la fin de cette semaine......
vous pouvez (kunnen jullie):
  • een gesprek voeren over vakantie.
  • een fotoreportage over de vakantie begrijpen.
  • de ontkenning, bijvoeglijk nw. en bezittelijk nw. gebruiken.
vous savez (kennen en weten jullie):
  • woorden die te maken hebben met vakantie en weer.
  • hoe je de betekenis van woorden kunt proberen te raden.

Slide 5 - Slide

En classe
Grammaire du cinquième
Grammaticaboekje

  • corriger ex 12 à 16
  • faire ex 17 à 21


Slide 6 - Slide

Ex 12)
  • 1. les filles - het meisje - de meisjes
  • 2. les garçons - de jongen -  de jongens
  • 3. les gares - het station - de stations
  • 4. les parcs - het park - de parken
  • 5. les amis - de vriend - de vrienden
  • 6. les lampes - de lamp - de lampen
  • 7. les étages - de verdieping - de verdiepingen
  • 8. les photos - de foto - de foto's 

Slide 7 - Slide

Ex 13)
  • 1. des tables   - tafels
  • 2. des copains  - vrienden
  • 3. des chambres  - slaapkamers
  • 4. des villes  - steden
  • 5. des hôtels - hotels
  • 6. des soeurs - zussen

Slide 8 - Slide

Ex 14)
  • 1. les lits - de bedden
  • 2. des livres - boeken
  • 3. des maisons - huizen
  • 4. les jeunes - de jongeren
  • 5. des villas - villa's
  • 6. les gares - de stations. 

Slide 9 - Slide

Ex 15)
  • 1. Je ne parle pas avec Aziz.
  • 2. Nous ne regardons pas la télé.
  • 3. Vous ne cherchez pas la route.
  • 4. Ils ne discutent pas beaucoup.
  • 5. Tu n'aimes pas les frites.
  • 6. Elle ne joue pas dans le film.
  • 7. Il n'aide pas son père.

Slide 10 - Slide

Ex 16)
  • 1. grand  = het bed is groot.
  • 2. petite = de tafel is klein.
  • 3. vert = de broek is groen.
  • 4. verte = het overhemd is groen.
  • 5. bleue =  de bloem is blauw.
  • 6. bleu = de lucht is blauw.
  • 7. joli = de tekening is mooi.

Slide 11 - Slide

Ex 16)
  • 8. grande = het huis is groot.
  • 9. haute = de Eiffeltoren is hoog.
  • 10. allemande = Alice is de Duits vriendin van mijn zus.

Slide 12 - Slide

En classe
Grammaire du cinquième
Grammaticaboekje

  • faire ex 17 à 21


Slide 13 - Slide

En classe
Chapitre 1: Un bel été
Cahier d'activités A p. 24 & 25

Partie A                    écouter           ex 6, 7
Partie B                    lire                     ex 9 à 12

         


Slide 14 - Slide

En ligne
Vlog:
Deze periode ga je een vlog maken.
Onderwerp: 'Mes vacances idéales'
Maak een vlog waarin je vertelt over je ideale vakantiereis die je afgelopen zomer hebt gemaakt. Deze reis heb je in een Franstalig land gemaakt en je hebt minimaal 3 activiteiten ondernomen. 
Je vlog vertel je dus in de passé composé!

Tijd: min 1m00 - max 1m30
Inleveren: maandag 17 oktober via Magister (bijv. link).
Er wordt gelet op: grammatica, vocabulaire, uitspraak, tijd, creativiteit.
Te laat inleveren = aftrek punten

Slide 15 - Slide

Les devoirs
Af: lundi 10 octobre
Faire
Grammaire: ex 17 à 21
Apprendre
Grammaire: p. 2 t/m 4
Vocabulaire A & B (p. 50) F-N & N- F

à = tot en met
Het huiswerk is af voor de eerste les van de week. Het wordt gecontroleerd.



Slide 16 - Slide

Leertips Vocabulaire
  • Leer je woordjes elke dag (10 min). Herhalen, herhalen, herhalen!
  • Begin met het doorlezen van de woordjes.
  • Vervolgens bedek je ze met een blaadje of je hand en overhoor je jezelf (mondeling).
  • Ken je alle woordjes?! Ga dan aan de slag via quizzlet, wrts of via Grandes Lignes online, etc. en overhoor jezelf.
  • Elke week krijg je er een nieuw stukje bij, blijf de eerdere stukjes wel herhalen!

Slide 17 - Slide