1.4 Weet wat je koopt!

1.4 Weet wat je koopt!
1 / 27
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

1.4 Weet wat je koopt!

Slide 1 - Slide

Regels en grenzen
  1. RESPECT = Rekening houden met elkaar
  2. Op je plek zitten en spullen op tafel
  3. Stil zijn, vragen stellen, vinger opsteken en praten
  4. Huiswerk maken en nakijken
  5. Geen snoep, muziek, capuchon
  6. Schone werkplek
1 waarschuwing, bij de 2e waarschuwing 1 uur terugkomen

Slide 2 - Slide

Programma
  1. Huiswerk
  2. Terugblik vorige les
  3. Leerdoelen
  4. Uitleg 1.4
  5. Maken opdrachten 1.4
  6. Vooruitblik volgende les

Slide 3 - Slide

Huiswerk vorige les
Pak je boek voor je en ga naar bladzijde 22
Kijk paragraaf 1.3 na met het antwoordenboek
Krul bij juiste antwoorden, verbeter je foute antwoorden


Tijdens het nakijken controle van het huiswerk!
1 waarschuwing, bij de 2e waarschuwing 1 uur terugkomen

Slide 4 - Slide

Huiswerk volgende les
Pak je agenda voor je en noteer het huiswerk:
Maken paragraaf 1.4 op blz. 28 t/m 33
Lees de leerdoelen door en gebruik de uitleg

De volgende les controle en nakijken van het huiswerk!
1 waarschuwing, bij de 2e waarschuwing 1 uur terugkomen

Slide 5 - Slide

LessonUp
  • Chromebook open en dicht
  • Inloggen
  • Lezen van de vragen
  • Vragen beantwoorden
  • Klein prijsje voor de winnaar van de quiz

Slide 6 - Slide

Waar of niet waar: diensten zijn tastbaar
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

100% van € 100 =...
A
€ 100
B
€ 10
C
€ 1
D
€ 1.000

Slide 8 - Quiz

200% van € 100 =...
A
€ 100
B
€ 20
C
€ 10
D
€ 200

Slide 9 - Quiz

De prijs stijgt van € 10 naar € 20. Hoeveel procent is de prijs gestegen?
A
100%
B
1.000%
C
10%
D
0%

Slide 10 - Quiz

Leerdoelen
  • Je leert hoe je aan productinformatie komt
  • Je leert hoe consumentenorganisaties je kunnen helpen
  • Je leert hoe de overheid jou als consument helpt
  • Je leert wat je hebt aan garantie
  • Je leert hoe je een gemiddelde berekent

Slide 11 - Slide

Consumentenorganisaties
Consumentenorganisaties zijn er om consumenten te steunen.
  • Ze geven betrouwbare informatie over producten.
  • Ze geven uitleg over de rechten die je hebt.
Een belangrijke consumentenorganisatie is de Consumentenbond
Andere consumentenorganisaties zijn: Vereniging Eigen Huis, ROVER en de ANWB. 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Vergelijkend warenonderzoek
Consumentenorganisaties testen producten van verschillende merken. Zo’n test heet een vergelijkend warenonderzoek.

Ze vergelijken de prijs en de kwaliteit van die producten. Soms kijken ze ook naar de gevolgen voor het milieu.



Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Deugdelijk product
Als consument heb je recht op een deugdelijk product. Dat betekent dat het product bij normaal gebruik een redelijke tijd meegaat.

Als dit niet het geval is, dan moet de winkelier het repareren of omruilen voor een goed exemplaar. Als dat niet kan, krijg je je geld terug.

In de Warenwet staat dat een product niet schadelijk mag zijn voor je gezondheid. De NVWA controleert of iedereen zich aan de warenwet houdt.




Slide 16 - Slide

Garantie
Als je iets koopt, krijg je vaak garantie. Als er dan binnen een bepaalde tijd iets mis is met het product, moet de verkoper het in orde maken.

In de garantievoorwaarden staan de regels van de garantie. Die krijg je op papier of digitaal.




Slide 17 - Slide

Gemiddelde berekenen
gemiddelde = het totaal ÷ het aantal
Je hebt de volgende cijfers behaald: 6,5 – 8,5 – 6 (2x) – 7.

Wat is je gemiddelde cijfer?
Het totaal is 6,5 + 8,5 + 2 × 6 + 7 = 34.
Het aantal is 1 + 1 + 2 + 1 = 5.
Het gemiddelde cijfer is 34 ÷ 5 = 6,8.




Slide 18 - Slide

Maken opdrachten 1.4
Ga naar bladzijde 28 van je boek
Lees de leerdoelen door en gebruik de uitleg
Geef antwoord op vraag 1 t/m 14 op bladzijde 28 t/m 33

Tijdens het maken van de opdrachten is het 15 minuten stil
Steek je vinger op als je een vraag hebt!
Klaar? Ga dan verder met de herhalings- of plusopdrachten 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Wat is geen voorbeeld van een consumentenorganisatie?
A
Consumentenbond
B
ROVER
C
ANWB
D
KPN

Slide 21 - Quiz

Waar of niet waar: bij een vergelijkend warenonderzoek wordt alleen naar de prijs gekeken
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

Wat is een deugdelijk product?
A
Normaal gebruik, redelijke tijd meegaan
B
Degelijk product
C
Duurzaam product
D
Goedkoop product

Slide 23 - Quiz

Wat is het gemiddelde van 5 + 10 + 15?
A
5
B
15
C
10
D
20

Slide 24 - Quiz

Terugblik
Wat heb je geleerd?
  • Je leert hoe je aan productinformatie komt
  • Je leert hoe consumentenorganisaties je kunnen helpen
  • Je leert hoe de overheid jou als consument helpt
  • Je leert wat je hebt aan garantie
  • Je leert hoe je een gemiddelde berekent

Slide 25 - Slide

Vooruitblik
De volgende les gaan we: samenvatten en rekenen hoofdstuk 1

Huiswerk: maken paragraaf 1.4 op blz. 28 t/m 33

Bedankt voor je aandacht!


Slide 26 - Slide

Deze les was...

Slide 27 - Slide