begrippen

• Nask / Techniek
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 2

krachten

aan het einde van de les kan je de verschillende soorten krachten herkennen in verschillende situaties

kracht

1. Wat is NIET een kracht?

1. Spierkracht
2. Massakracht
3. Magnetische kracht
4. Veerkracht

Wat is geen kenmerk van een kracht

1. je kan een voorwerp van richting veranderen
2. Je kan een voorwerp vervormen
3. Je kan een voorwerp van snelheid veranderen
4. Je kan krachten zien

Wat voor kracht wordt hier
gebruikt?

1. Magnetische kracht
2. Elektrische kracht
3. Zwaartekracht
4. Kleefkracht

Kracht is een

1. Grootheid
2. Eenheid

Deze kracht zorgt ervoor dat een bal die je omhoog gooit weer naar beneden komt?

1. spierkracht
2. veerkracht
3. wrijvingskacht
4. zwaartekracht

aan de slag

Maak in twee tallen een begrippenlijst van:

kracht, spankracht, veerkracht, zwaartekracht, spierkracht, wrijvingskracht, magnetische kracht, elektrische kracht.

Doe dit in word op de laptop

Geef bij elke kracht een voorbeeld uit het dagelijks leven

geef de definitie van een kracht

geef de definitie van veerkracht

Geef een voorbeeld uit het dagelijks leven waarin de spankracht werkt

Geef een voorbeeld uit het dagelijks leven waarin de zwaartekracht werkt

Geef een voorbeeld uit het dagelijks leven waarin de veerkracht werkt

Geef een voorbeeld uit het dagelijks leven waarin de wrijvingskracht werkt

Wat voor kracht wordt hier
gebruikt?

1. Magnetische kracht
2. Elektrische kracht
3. Zwaartekracht
4. Spankracht

Wat kan een kracht niet

1. iets vervormen
2. iets versnellen
3. iets van richting laten veranderen
4. iets verbranden

Wat voor kracht wordt hier
gebruikt?

1. Magnetische kracht
2. Elektrische kracht
3. Zwaartekracht
4. Kleefkracht

Wat is de eenheid van kracht?

1. gewicht
2. kilogram
3. Newton
4. massa

Als je een doos duwt over de grond dan is de tegenwerkende kracht de

1. spierkracht
2. massakracht
3. spankracht
4. wrijvingskracht

afsluiting

Je kan nu in verschillende situaties een kracht herkennen

aan de slag

4.1 snelheid: opdracht blz. 108

4.2 bewegingsdiagrammen: opdracht blz. 113

4.3 krachten: opdrachten blz. 120

4.4 kracht en beweging: opdrachten blz. 126

4.5 remmen: opdrachten blz. 132

afronden: maken toets voorbereiding blz. 134 + 135