This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Wat gaan we deze les doen?
Korte herhaling
Uitleg oog
Werken aan de weektaak
Slide 1 - Slide
Herhaling
Slide 2 - Slide
Hoe heet de prikkel die past bij dat zintuig?
A
royale prikkel
B
geniale prikkel
C
ware prikkel
D
adequate prikkel
Slide 3 - Quiz
Honger is een
A
inwendige prikkel
B
uitwendige prikkel
Slide 4 - Quiz
Geef de juiste volgorde
A
Prikkel-zintuig-hersenen-reactie
B
Gedrag-hersenen-prikkel
C
Prikkel- zintuig- reactie-hersenen
D
Zintuig-reactie-prikkel
Slide 5 - Quiz
Je pakt je koude fietsstuur vast. Welke zintuigen reageren zodra je jouw koude fietsstuur vast pakt?
A
drukzintuig + koudezintuig
B
koudezintuig + warmtezintuig
C
tastzintuig + koudezintuig
D
warmtezintuig + drukzintuig
Slide 6 - Quiz
Hoe heten de zintuigcellen waar je mee kunt ruiken?
A
Reukharen
B
Reukzintuigcellen
C
Geurharen
D
Geurzintuigcellen
Slide 7 - Quiz
thema 6 bas 3 De ogen
Slide 8 - Slide
lesdoelen
- Je kunt de onderdelen van het uitwendige oog benoemen met hun functie
- je kan de onderdelen van het inwendige oog benoemen met hun functie
Slide 9 - Slide
Bouw van het oog: buitenkant
Bescherming oog door:
Oogkas
Slide 10 - Slide
Wat is de functie van de wenkbrauwen
Slide 11 - Open question
De ogen worden bewogen door de oogspieren
Traanvocht uit de traanklieren houdt de buitenkant vochtig
Wimpers en wenkbrauwen houden vocht en stof tegen
De traanbuis voert overtollig traanvocht af
De ogen
Slide 12 - Slide
Pupil
Traanklier
Wenkbrouw
Wimper
Traanbuis
Harde oogvlies
Iris
Ooglid
Slide 13 - Drag question
Dwarsdoorsnede oog
Je moet ook de binnenkant van het oog kennen.
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Welke letter geeft het hoornvlies aan? En welke de lens?
A
Hoornvlies = P, Lens = Q
B
Hoornvlies = T, Lens = P
C
Hoornvlies = S, Lens = Q
D
Hoornvlies = S, Lens = P
Slide 16 - Quiz
Benoem onderdeel 1
A
Hoornvlies
B
Netvlies
C
Lens
D
Pupil
Slide 17 - Quiz
Harde oogvlies
Netvlies
Vaatvlies
Vangt lichtprikkels op
beschermt alles wat binnenin het oog zit
Hierin zitten de bloedvaatjes die stoffen vervoeren die het oog nodig heeft
Slide 18 - Drag question
Door de ................. gaan berichten naar je hersenen.
A
oogspieren
B
oogzenuw
Slide 19 - Quiz
Een lichtstraal valt op het oog.
Zet de onderstaande onderdelen van het oog, waar deze lichtstraal achtereenvolgens doorheen gaat, in de juiste volgorde: je kunt ze naar de juiste plaats slepen.