PO - Middenbouw - Hetzelfde maar dan anders

• Wereldoriëntatie
• Lichamelijke opvoeding
• +3
• Basisschool
• Groep 3-5

Introduction

Op het schoolplein kan je rennen en tikkertje spelen, maar in de klas gaat dat niet. En in de kring kan je hele verhalen vertellen terwijl je tijdens een uitleg van een opdracht of tijdens het eten stil moet zijn… Op alle plekken zijn weer andere regels en afspraken. Die regels en afspraken zijn er niet zomaar, die hebben een reden, zodat we met zijn allen ons zo fijn mogelijk kunnen voelen. Best ingewikkeld af en toe, maar daar gaan we in deze les mee oefenen! Je kunt deze les zittend aan tafeltjes doen of in de kring.

Instructions

Doel van de les

Aan het einde van de les hebben de leerlingen verschillende regels en afspraken besproken en het waaróm ervan. Aan het einde van de les hebben de leerlingen geleerd dat we rekening houden met elkaar en waarom we dit doen, hiermee bouwen we aan de basis van ‘respect voor elkaar en de omgeving’.

Werkvormen

- kringgesprek, situatiekaartjes, jezelf verplaatsen in een andere situatie, beredeneren wat de reden achter een regel of afspraak is, reflecteren

Benodigdheden/voorbereiding

- Print de bijlage en knip de 8 situaties en 8 kinderen uit.

Bijlagen

- Situatiespel _Hetzelfde maar dan anders

Kennis/competenties/vaardigheden

Bewustwording, zelfbewustzijn, empathie, betrokkenheid, aanpassingsvermogen, leren beredeneren, reflecteren.

Leerdoelen

De leerling oefent met het benoemen en omschrijven van regels en afspraken

De leerling leert waaróm er bepaalde regels en afspraken zijn

De leerling leert dat regels en afspraken er zijn zodat het voor iedereen fijn is

De leerling leert dat we door middel van regels en afspraken zorg dragen voor elkaar en de omgeving

 Burgerschap

Deze les sluit aan bij de volgende actuele burgerschapskerndoelen:

• Zorgen voor een veilige schoolomgeving met aandacht voor diversiteit en inclusie; (Kerndoel 1. Schoolcultuur)

• Stimuleren van kritische denkvaardigheden, morele en ethische oordeelsvorming en het offline en online respectvol communiceren daarover; (Kerndoel 1. Schoolcultuur)

• In gedrag rekening houden met ervaringen en perspectieven van anderen. (Kerndoel 2. Diversiteit)

• Verkennen op basis van morele en ethische perspectieven wat rechtvaardigheid en verantwoordelijk handelen betekent voor jezelf; (Kerndoel 3. Democratische waarden)

• Afwegen hoe het eigen handelen effect heeft op de omgeving en het welzijn van anderen, nu en in de toekomst. (Kerndoel 3. Democratische waarden)

• Benoemen en waarderen van de eigen bijdrage aan de samenleving in dagelijkse situaties; (Kerndoel 4. Maatschappelijke betrokkenheid)

• Verkennen van de eigen mogelijkheden om maatschappelijke betrokkenheid vorm te geven. (Kerndoel 4. Maatschappelijke betrokkenheid)

• Uitdrukken van persoonlijke idealen en opvattingen; (Kerndoel 6. Maatschappelijke vraagstukken)

• Reflecteren op hoe de eigen identiteit en waarden het handelen kunnen beïnvloeden; (Kerndoel 6. Maatschappelijke vraagstukken)

• Verkennen welke individuele en collectieve bijdragen aan oplossingen mogelijk zijn. (Kerndoel 6. Maatschappelijke vraagstukken)

Worksheets

Situatie spel_Hetzelfde maar dan anders.pdf

Hetzelfde maar dan anders 

Op het schoolplein kan je rennen en tikkertje spelen, maar in de klas gaat dat niet. En in de kring kan je hele verhalen vertellen terwijl je tijdens een uitleg van een opdracht of tijdens het eten stil moet zijn… Op alle plekken zijn weer andere regels en afspraken. Die regels en afspraken zijn er niet zomaar, die hebben een reden, zodat we met zijn allen ons zo fijn mogelijk kunnen voelen. Best ingewikkeld af en toe, maar daar gaan we in deze les mee oefenen!

Je kunt deze les zittend aan tafeltjes doen of in de kring.

Wat voor afspraken hebben jullie allemaal in de klas?

Vraag de klas: Wie kan er een paar afspraken en regels noemen?

Laat de leerlingen wat klassenafspraken en regels opnoemen. Kies er vervolgens een, bijvoorbeeld de regel ‘Niet rennen in de klas’ om verder op in te zoomen.

Vraag vervolgens aan de klas: Waarom denken jullie dat we deze regel hebben?

Laat de leerlingen hier antwoord op geven en vul vervolgens zelf aan.

Bijvoorbeeld: we mogen niet rennen omdat er veel spullen in de ruimte staan, daar kan je tegenaan botsen. Dan heb jij pijn of zijn de spullen stuk. Er zijn andere klasgenootjes, daar kan je makkelijk tegenaan botsen, dan heeft een ander misschien pijn. Je moet je ook kunnen concentreren en rustig kunnen werken. Soms heb jij veel energie en zin om te rennen maar de ander in de klas niet, en andersom.

Sluit af met de conclusie dat we door deze regel rekening met elkaar en de spullen kunnen houden!

Situatiespel

1. Bob op het schoolplein
We gaan het situatiespel doen!

Dit is Bob. Bob houdt van rennen, tikkertje spelen, voetballen en dansen.
Bob is lekker tikkertje aan het spelen in de pauze op het schoolplein.

• Wie vindt tikkertje nog meer leuk? Handen omhoog!  
• En wie houdt er van voetballen? Handen omhoog!
• En wie van dansen? Handen omhoog!

1. Bob in de klas

Bob is nu in de klas. Hij is nog steeds lekker tikkertje aan het spelen.

Wat gebeurt er, denken jullie?

Waarom?

Waarschijnlijk gaan kinderen zeggen dat dat niet mag. Hierbij kun je reflecteren op het gesprek wat jullie zojuist hebben gevoerd over niet rennen in de klas.

Waaróm is rennen of tikkertje spelen in de klas niet handig? Vertel ook dat Bob de regels waarschijnlijk nog niet zo goed kent. Hoe kunnen we dat op een aardige manier tegen Bob zeggen?

LET OP: Deze les gaat over het belang van afspraken. Benadruk dus het WAAROM van de regels en afspraken. Het gaat niet om Bob! Keur hem en zijn gedrag dus NIET af!!

 

3. Bob aan de eettafel

Bob is nu thuis aan de eettafel tikkertje aan het spelen.
Wat gebeurt er, denken jullie?
Waarom?

Vraag de leerlingen of Bob thuis wel kan dansen.

Wat doen jullie allemaal thuis?

Leg uit dat je op veel verschillende manieren je energie kwijt kan! Je kunt bijvoorbeeld wel binnen dansen of naar buiten gaan om buiten te spelen. Leg ook uit dat er bij iedereen thuis andere regels zijn dus bij de ene thuis kun je bijvoorbeeld wel met een bal spelen en bij de ander niet!

4. Bob in de gymzaal

Bob is nu in de gymzaal tikkertje aan het spelen.
Wat gebeurt er, denken jullie?
Waarom?

In de gymzaal kan tikkertje natuurlijk wel! Maar misschien moeten jullie wel een andere gymopdracht doen van de gymjuf of -meester. Het is dus goed om eerst even te vragen of het mag!

Doe eventueel het situatiespel met de klas! Of doe het op een later moment.

Print de bijlage uit en knip de 8 situaties en de 8 kinderen uit.

Ronde 1: Plaats ieder om de beurt een van de kinderen in een situatie/op een locatie die klopt! Waarom klopt dit? Wie denkt hier anders over?

Ronde 2: Plaats nu om de beurt de kinderen op een situatie/locatie die níet klopt. Waarom klopt dit niet? Wie denkt hier anders over?

Ronde 3: Dit keer plaatst ieder een kind op een situatie/locatie die soms wel en soms niet klopt. Waarom kan dit soms wel en soms niet? Wie denkt hier anders over? 

TIP: zet een timer om het spel vaart te geven!

Hetzelfde maar dan anders!

Doe een korte reflectie met de leerlingen.

• Wat vonden jullie van de les?

• Vinden jullie sommige regels moeilijk?

Vertel de klas: 

Het is soms nog best lastig om te weten waar je wat allemaal mag doen, maar die regels hebben dus wel een reden!

En je kan hier altijd mee oefenen. Soms doen we het wel eens verkeerd maar dat is helemaal niet erg. Het is wel heel belangrijk dat als iemand iets doet wat niet zo handig is, om er dan vanuit te gaan dat iemand het waarschijnlijk per ongeluk doet! En dan kunnen we het altijd lief zeggen zodat diegene het anders kan doen.

Deze les evalueren? Ja graag!

We zijn bij Respect Foundation heel blij met alle reacties, tips en feedback op onze lessen. We zijn altijd op zoek naar verbeterpunten. Mogen wij je benaderen voor feedback? 

Mail ons op [e-mail], we gaan graag aan de slag met jouw feedback!